• Home
  • Nieuws
  • Mode
  • Etalagepoppen: Verhalen, trends en cijfers

Etalagepoppen: Verhalen, trends en cijfers

Door Barbara Russ

bezig met laden...

Scroll down to read more
Mode

De nieuwste hype op social media is de zogenaamde #Mannequinchallenge. Een grote groep mensen poseert stokstijf, terwijl er iemand tussen hen doorloopt die met een videocamera de hele scene vastlegt. FashionUnited neemt een blik op de trends, verhalen en cijfers van de etalagepoppenindustrie.

Etalagepoppen: Van de industriële revolutie tot vandaag

De eerste etalagepoppen dateren uit de periode van de industriële revolutie. De eerste mannequin zag min of meer op hetzelfde ogenblik het licht als warenhuizen, naaimachines en straatverlichting in de steden. Rond 1870 evolueerde winkelen van een noodzaak naar een ontspannend tijdverdrijf. Voor veel stedelingen was struinen langs de etalages het hoogtepunt van de week. De levenloze voorzetdames, toen nog gemaakt van was en voorzien van valse tanden, echt haar en glazen ogen, kwamen in drie versies: rechtervoet naar voren, linkervoet naar voren, of de beide benen samen. Om de onschuld van de nogal levensecht uitziende modellen te beschermen, was het zelfs bij wet verplicht de etalage te af te dekken wanneer de poppen werden omgekleed.

Etalagepoppen doorheen de tijd

De wassen modellen hadden nog andere nadelen: ze waren erg zwaar en begonnen bij hoge temperaturen te smelten. Als oplossing hiervoor slaagde het Franse bedrijf Siegel & Stockman er tijdens de jaren ‘20 in een pop van papier-maché te ontwikkelen, die goed 50 kilo minder woog dan haar wassen collega’s. Bovendien evolueerde het model van de mannequins van het Victoriaanse, rondborstige ideaalbeeld met wespentaille naar een jongensachtig silhouet.

Käthe Kruse is volgens velen een begrip in de wereld van de poppenproductie. Dat ze in de jaren ‘30 ook het metalen skelet uitvond, waardoor de ledematen van de etalagepoppen konden worden bewogen, wordt vaak vergeten.

Tot leven gebracht

De poppenmaker Lester Gaba creëerde in de jaren '30 een levensecht uitziende etalagepop met de naam Cynthia, die hij meenam naar evenementen. Ze werden allebei beroemdheden; Cynthia werd een geliefde testimonial — Tiffany’s zond haar bijvoorbeeld make-up — en LIFE Magazine wijdde een artikel aan hen beiden. Hun verhaal komt tot een tragisch einde wanneer Cynthia van een stoel valt en in duizend stukken uit elkaar spat. In 1987 verschijnt de film ‘Mannequin’, met Kim Cattrall als een levend geworden etalagepop. Hij is deels geïnspireerd op dit verhaal en haalt verder de mosterd bij de mythe van Pygmalion, maar speelt zich helemaal af in vodden van de jaren '80.

De evolutie van het lichaamsideaal

Terwijl volgens een onderzoek van Minna Rintala en Pertti Mustajoki de etalagepoppen tijdens de Tweede Wereldoorlog overal ter wereld een aantal centimeters kleiner werden, mochten ze na afloop van de oorlog weer wat groter. Ook de glimlach verscheen opnieuw op de gezichten van de voordien ernstig kijkende dames. Toen het bedrijf Wolf & Vine voor het eerst een etalagepop van plastic maakte, werd deze al snel van de markt gehaald, toen bleek dat deze helaas groen uitsloegen onder invloed van de specifieke omstandigheden in een etalageraam. Toch werd plastic al snel het nieuwe materiaal bij uitstek voor mannequins, tot het in de jaren ‘60 werd vervangen door glasvezel.

Het zandloperfiguur van Marilyn Monroe was populair in de jaren ‘50 en de vroege jaren ‘60, wat zich ook vertaalde in het ontwerp van de poppen. In de jaren ‘60 werd overgestapt op de Twiggy-look. Tijdens de jaren ‘70 werden mannequins abstracter en gezichtslozer en hun ideale gewicht evolueerde opnieuw naar een gezondere look. Dit zette zich verder met de aerobictrend in de jaren ‘80, waardoor mannequins ook buikspieren kregen. De jaren ‘90 werden gekenmerkt door een trend met superdunne mannequins à la Kate Moss. Later verschenen de plus size etalagepoppen op de markt, die met de Amerikaanse maat 14 (een Nederlanse 42) beter de gemiddelde maat van de vrouwelijke consumenten weerspiegelden.

Huidige trends

Zoals ook Cornel Klugmann van de Nederlandse etalagepoppenproducent Hans Boodt stelt, evolueert de huidige trend al jarenlang langzaam maar zeker terug naar meer realistische gelaatstrekken. ‘Er was heel lang vraag naar abstracte ontwerpen, maar nu zien we de gelaatstrekken langzaamaan opnieuw duidelijker tot uiting komen. Deze half abstracte etalagepoppen wijzen erop dat targeting van doelgroepen opnieuw belangrijker wordt.’ Technologische gadgets zijn ook een nieuwe ontwikkeling bij het ontwerpen van mannequins. ‘Voorlopig zijn iBeacons en scanners nog optionele snufjes, waar maar weinig klanten in zijn geïnteresseerd. Maar we nemen deze ‘snufjes’ over het algemeen wel ernstig. Ze kunnen een hulpmiddel zijn om gegevens over doelgroepen te verzamelen.’

Mannequins in cijfers

In 2007 werd in Spanje bij wet verboden om etalagepoppen te plaatsen met een maat kleiner dan 38. Doorgaans zijn de artificiële vrouwen met 1,80 meter meer dan 15 centimeter groter dan echte vrouwen en dragen ze maat 36-38, wat ook onder het gemiddelde ligt. Ze dragen cupmaat 75B, hebben meestal een tailleomvang van 61-64 centimeter en een heupomtrek van zo'n 91 centimeter. Wereldwijd zijn er zo'n 95 producenten van etalagepoppen, die tweemaal per jaar een nieuwe collectie van zo’n zes tot twaalf nieuwe poses uitbrengen.

Een mannequin kost gemiddeld 875 dollar (814 euro) en heeft een levensduur van zeven jaar. Inmiddels investeert de sector ook in recycling. Bij Hans Boodt kan bij de aankoop van een nieuwe pop de oude bijvoorbeeld weer worden ingeleverd. Deze gaat dan naar een nieuwe eigenaar of wordt gerecycled. De etalagepoppenbusiness, waarvan de belangrijkste beurs de Europshop in Düsseldorf is, wordt geschat op zo’n 1,4 miljard dollar per jaar. Cornel Klugmann schat dat zo’n vijf tot maximaal tien producenten verantwoordelijk zijn voor 80 procent van de wereldwijde markt van etalagepoppen.

Foto’s:
1. Hans Boodt Website
2. Detroit’s Elliott, Taylor, & Woolfenden department store, c. 1905, shows a limited range of early poses and appendages. Image via the Library of Congress
3. This extravagant 1928 window display for Atwater Kent radios shows the heightened realism of many mannequins following World War I. Image via the Library of Congress.
4- 6. Hans Boodt Website

etalagepoppen
Hans Boodt
mannequinchallenge