Kopenhagen Fashion Week: de drie belangrijkste trends uit het noorden
bezig met laden...
De Kopenhagen Fashion Week heeft vorige week een aantal nieuwe trends gezet. FashionUnited nam een virtueel kijkje bij de shows - van klassieke Scandinavische labels tot nieuwkomers die een frisse wind doen waaien door de Scandinavische modescene.
Blazers met afhangende schouders, vloeiende silhouetten, experimentele breisels en outdoor elementen worden komend seizoen gecombineerd met cut-outs, asymmetrische details en patchwork. Inspiratie uit de jaren 2000 geven de looks iets nostalgisch en een zweem van herkenning.
Kleermakerij en power dressing
Jassen en blazers, met compacte vormen en geprononceerde schouders, waren te zien bij meerdere shows in Kopenhagen. Voor de dames werden de key items vaak gecombineerd met rokken en laarzen, waardoor de looks er serieus en zelfverzekerd uitzagen.
Pakkencombinaties met een twist, zoals broekspijpen met verschillende lengtes en laagjesseffecten, en lossere business looks waarbij luxueuze stoffen zoals satijn worden gecombineerd met stevige geweven stoffen, resulteerden in een spel van contrasten. Deconstructed tailoring en de samensmelting van mannelijke en vrouwelijke elementen zorgden voor verrassing.
De jassen en blazers van Martin Asbjørn, half dichtgeknoopt en aan de zijkant omgeslagen, werden casul gepresenteerd. Het understatement van de overwegend ton-sur-ton gelaagde looks werd in sommige looks doorbroken met metallic kleuraccenten.
Fassbender uit Hamburg speelde ook met de mogelijkheden van twee- en driedelige stukken - waaronder een donker double-breasted pak gepresenteerd met bermuda shorts, een poederroze track jacket met een lange jurk eronder en een nauwsluitend gebreid ensemble met cape, rok en broek.
Bij Gestuz waren de jasjes korter en smaller gesneden. Diepe halslijnen, leer en vinyl met handschoenen die de looks een sterke uitstraling gaven. De moderne, draagbare looks vormden ook een visuele knipoog naar power dressing uit de jaren 80 - inclusief schoudervullingen en het accent op de taille.
Ganni speelde eveneens met contrasten - klassieke zakelijke looks werden geraffineerd gecombineerd met fijnere materialen zoals kant en satijn. Gedrapeerde blouses en jurken met ruches contrasteren met tweedelige stukken in denim en cowboylaarzen.
Bij Day Birger et Mikkelsen werden de grenzen tussen gestructureerde snitten en vloeiende materialen vervaagd. Zachte jurken in breisels en plisséstoffen werden afgewisseld met meer clean-cut stijlen met leren vesten over pakken. Opvallend waren de gouden knoopsluitingen op topjes die gedragen werden als een kruising tussen een tuniek en een jas. Ook hier legden de silhouetten de nadruk op de schouders en de taille in het bijzonder.
Samsøe & Samsøe presenteerden een meer commerciële interpretatie van kleermakerswerk in zelfverzekerde looks. Het label uit Kopenhagen heeft de collectie opgewaardeerd met getextureerde materialen, gedurfde kleuraccenten en prints. Kabelbreisels, pufferjacks en truien zorgden voor een winterse look.Experimenteel breiwerk, materiaalmix en patchwork
Breisels vormen al geruime tijd een terugkerende klassieker bij Scandinavische labels. In het komende herfst-winterseizoen voegen patchwork en uitgesneden details een DIY-karakter toe. De twee trends zijn op verschillende manieren opgepikt door labels als A. Roege Hove, Jade Cropper en Division.
Bij A. Roege Hove, een kledinglabel voor breisels dat in 2019 werd opgericht, experimenteerde ontwerpster Amalie Røge Hove met lichaamsvormen en het elastische aanpassingsvermogen van gebreide kleding.De collectie, die zeer nauwsluitend en individualistisch is, toonde creaties die speelden met uitsnijdingen, asymmetrie en transparantie.
Jade Cropper presenteerde ook gedeconstrueerde looks die het lichaam omhelsden. Omslagtechnieken, drapering en knoopmanchetten brachten lossere onregelmatigheden in de nauwsluitende silhouetten. Het label speelde met contrasterende stoffen zoals netstof, denim, leer, satijn en pailletten. Veel van de looks hadden een hoge split en uitsnijdingen bij schouders en heupen.
Bij Divisions was patchwork ook een fundamenteel onderdeel van de collectie. Het label, dat in 2018 in Kopenhagen werd opgericht, staat bekend om het opnieuw samenstellen van zijn kledingstukken uit bestaande kleding. Verschillende grafische prints werden gecombineerd op jurken en tops. Inzetstukken met ruitjes op sweatshirts en jasjes van verschillende stoffen creëerden een doe-het-zelf-effect. Hippe jeans en geschulpte zomen gaven de looks een nostalgisch tintje dat doet denken aan de jaren 2000. Petten, overhemden en colbertjassen gaven de vrouwencollectie een stoere uitstraling.
Een alternatief universum en de grote, wijde wereld
De gorpcore trend was ook een populaire trend tijdens de Kopenhagen Fashion Week. Gorpcore omschrijft een stijl geïnspireerd op functionele en outdoorkleding. Wisselend geïnterpreteerd varieert de trend van looks voor een dystopische toekomst tot ontspannende wandeloutfits.
Tobias Birk Nielsen, ontwerper bij Iso.poetism, nam het publiek mee naar een andere wereld waar kleding dient als bescherming. Een scherm op de achtergrond toonde een bewolkte lucht, terwijl het looppad was afgezet met bemoste stenen. Camouflagepatronen, dierenprints bovenkleding en capuchons deden de modellen lijken op de hoofdrolspelers in een apocalyptische film. Technische materialen en functionele ontwerpen, zoals vesten met zakken, jassen met elastiek en ritssluitingen die aan verschillende kanten kunnen worden geopend, gaven de collectie nog een functionele touch.
Soortgelijke stijlkenmerken waren ook te zien bij Henrik Vibskov - beschermende hoofddeksels en lange, volumineuze jassen werden gecombineerd met puffer bodywarmers die deden denken aan een harnas. Ook het schoeisel van de modellen was bijzonder opvallend, gemaakt van een hoefachtige zool met vetersluiting. Verschillende prints, zoals ruiten, polkadots en klassieke Noorse motieven zorden voor een gevarieerd beeld.
Het dameslabel Stine Goya had een vergelijkbare aanpak, zij het veel kleurrijker en eleganter. Iriserende ombré regencapes werden gecombineerd met psychedelische prints die van de modellen exotische wezens maakten. Bloemenpatronen op jurken, gecombineerd met zware laarzen zorgden voor contrasterende looks. Het kleurenpalet varieerde van neonoranje, kikkergroen en felroze tot abrikoos en lila.
Bij Holzweiler en Wood Wood werd de buitentrend opgepakt in een minder extravagante vorm - jassen en mantels van weerbestendige, warme materialen over longsleeves en coltruien gaven beide collecties een soort houthakkers- en après-ski esthetiek. De looks werden gecombineerd met winterse accessoires. Wood Wood had ook mutsen met oorflappen en een paar witte sneeuwlaarzen, terwijl de modellen bij Holzweiler wanten, vissersmutsen en oversized sjaals droegen.