"Dit is de leukste beurs ter wereld"

Met twee hallen, ruim 5000 vierkante meter, 265 stands en 400 labels wist de Kleine Fabriek –modevakbeurs voor kindermode- talloze bezoekers te trekken uit binnen- en buitenland. Het mooie weer kon daaraan niets veranderen.

Voor de elfde editie van de beurs, die werd gehouden op 4 en 5 juli in de Amsterdamse Rai, lieten de organisatoren zo weinig mogelijk over aan het toeval. De vorige editie vond ongelukkigerwijs gelijktijdig plaats met de horecabeurs horecava, waardoor het beursterrein werd overspoeld door mensen en hun vervoermiddelen. Dit keer werd iets soortgelijks in de planning zorgvuldig vermeden. Er werd extra personeel ingeschakeld om bezoekers over het terrein te begeleiden, er was een shuttledienst, er waren voldoende plekken waar mensen water konden tappen.

In aanvulling daarop getroostten de organisatoren van het evenement zich dit jaar extra moeite om buitenlandse gasten binnen te halen, vertelt Veronique Weichs: “We hebben de inkopers van grote modezaken persoonlijk uitgenodigd per post en telefoon,” vertelt ze. Van een aantal weet ze zeker dat zij zijn gekomen; “Ze vertelden me dat ze een ticket hadden geboekt.” De opbrengst daarvan waren in elk geval inkopers van Harrods, maar ook die van enkele grote warenhuizen in Duitsland, zo blijkt uit navraag bij de stands. Chantal van Binsbergen, die de kindersieraden van BuddhatoBuddha vertegenwoordigde zag “veel klanten uit Duitsland en Engeland.” Niels Bot van Oilily ontmoette vooral op zondag veel mensen uit Duitsland.

Ook de indeling van de beurs iets aangepast. “We hebben gemerkt dat bezoekers het bij nader inzien niet prettig vinden als al het aanbod door elkaar staat, zoals aanvankelijk de bedoeling was. Daarom hebben we nu een aparte jeanshal.” Dus stonden de vrolijke merken Oilily en Room Seven op een steenworp afstand van het uitbundige Deense Aya Naya, terwijl de jeans van No Tomatoes en Blue Rebel zich ophielden in de jeanshal. Om te voorkomen dat er teveel merken met gelijksoortige artikelen op de beurs staan, is er een selectiecommissie die de beschikbare ruimte indelen op sfeer en artikelsoort.

Het resultaat: “Dit is de leukste beurs ter wereld in dit segment,” zegt Merle Klijn van Bambam. “De kleine fabriek is zó vooruitstrevend en internationaal; Zelfs in New York vind je zoiets niet.” Onder de bezoekers bevinden zich mensen met dezelfde mening, zo blijkt. Stylistes Mirel Piek en Chi Weber vinden de Kleine Fabriek een must en komen elk seizoen. “De beurs is fris en vrolijk en het aanbod is gevarieerd,” vindt Piek. Ze vindt het vooral een pluspunt dat het aanbod van standhouders zo internationaal is: “Buitenlandse merken als Oil&Gaz en Retro-rock-and-robots zijn veel explicieter in de prints die ze gebruiken dan Nederlandse.”