Overheid wil creatieve industrie versterken

Kleding van Viktor en Rolf, het Van Gogh Museum, lingerie van Marlies Dekkers. Het zijn volgens de overheid voorbeelden van de succesvolle creatieve industrie. Maar hoewel de Nederlandse creatieve sector uitblinkt in ontwerpen en produceren,

zijn creatievelingen niet sterk in de verkoop van de producten. Het Rijk heeft negen topsectoren aangewezen om meer in te investeren. De modebranche is daar één van.

Het kabinet wil 350 miljoen euro die bestemd is voor fundamenteel wetenschappelijk onderzoek, anders gaan besteden. Het onderzoeksgeld moet vooral gaan naar innovatieve projecten, waar Nederland economisch sterker van wordt. Voedsel, tuinbouw, high tech, energie, logistiek, life sciences, chemie, water en de creatieve industrie zijn de negen sectoren waarin Nederland volgens de overheid sterk is. De sectoren hebben allemaal een goede internationale positie.

D

e modebranche is onderdeel van de creatieve zakelijke dienstverlening en zou dus meer geld moeten krijgen van de overheid. Hoe het geld binnen de creatieve sector wordt verdeeld, wordt bepaald door ‘Topteam’. Dit team bestaat uit een boegbeeld uit het bedrijfsleven, een vertegenwoordiger uit de wetenschap, een topambtenaar en een innovatieve ondernemer uit het MKB. Victor van der Chijs is leider van het Topteam creatieve industrie.

Drie wetenschappers hebben, vanuit de Jonge Koninklijke Academie voor wetenschappers, en brief gestuurd naar de overheid. Ze zien de plannen van de overheid om te investeren in de sectoren waar Nederland het meest succesvol in is, niet zitten. De wetenschap verliest keuzevrijheid en kwaliteit, vrezen ze. “Het is heel onverstandig om vanuit de politiek te bepalen welke negen richtingen er versterkt moeten worden,” zegt Appy Sluijs, paleaklimatoloog tegen de NOS.

Afgelopen weekend presenteerde Victor van de Chijs, leider van het Topteam creatieve industrie van minister Verhagen, een deel van het advies aan de minister van Economische zaken, Landbouw en Innovatie. “De creatieve industrie is op zichzelf gericht en moet beter aansluiten bij het bedrijfsleven,”zei hij op de Creative Company Conference. Van der Chijs, leider van architectenbureau OMA, had geen tijd om FashionUnited te woord te staan, maar eerder legde hij al uit aan Radio1 waar het om gaat: “Het gaat om het creatieve bedrijfsleven, niet om kunstenaars. Veel bedrijven hebben moeite om de markt te vinden, om hun ideeën te verkopen. Ligt dat aan de Nederlandse regelgeving? Of zijn de bedrijven zelf te klein? Dat gaan we verder onderzoeken.”

Van der Chijs heeft wel een vermoeden waarom de creatieve sector niet uitblinkt in het verkopen van de producten. Hij denkt vooral dat creatieve ondernemers een minder ‘ontwikkelde’ zakelijke kant hebben, waardoor ze hun producten moeilijk aan de man kunnen helpen. Wat de plannen precies gaan betekenen voor de modebranche is nog onduidelijk, want concrete actiepunten voor de sector maakt Van der Chijs nog niet bekend.