De standaard voor kleding is circulair: Hoe komen we tot het nodige inzicht in de keten?
bezig met laden...
Jaarlijks belandt bijna 90% van de 150 miljard kledingstukken in de afvalbak. We moeten naar een wereld waarin (textiel)afval niet meer bestaat. Dat is wat Europa in 2050 eist, wat de consument verwacht en wat we als sector nastreven. Maar de levenscyclus van kleding circulair maken, hoe doe je dat?
Hoe zorg je ervoor dat je je producten in de gehele keten - van upstream tot downstream - kunt volgen? Hoe verzamel je data en voeg je die samen zodat je informatie kunt doorgeven tot aan de laatste schakels in de keten: de consument en het recyclebedrijf?
Naar duurzame toeleveringsketens
We zien een sterke verschuiving van een focus op laagste kosten naar duurzaamheid. Er is ongeveer 2.700 liter water nodig om één katoenen shirt te maken. Dit komt overeen met het waterverbruik van één persoon in 900 dagen. Daar willen we met zijn allen wat aan doen. Wil je minder verspilling, minder vervuiling en meer hergebruik? Dan is de eerste stap het krijgen van inzicht in de gehele reis die een product aflegt.
Elk product heeft een verhaal te vertellen
Het gaat van veld tot fabriek, van weefmachine tot garderobe; elk product is gemaakt van materialen of ingrediënten die ergens vandaan komen. Elk artikel wordt verpakt, verzonden, in schappen gelegd, (online) besteld, verkocht, geleverd en gebruikt. En uiteindelijk wordt het weggegooid, gerecycled of doorverkocht. Elk product heeft dus een verhaal te vertellen over zijn reis door de toeleveringsketen. De reis begint bij het katoenzaadje en stopt even bij het moment dat we het shirt inleveren om te recyclen.
Circulariteit tot in de haarvaten van onze bedrijfsprocessen
Zonder real-time inzicht in productie, distributie en transacties met klanten, ben je minder efficiënt en lukt het je maar mondjesmaat om transparant te zijn. Inzicht in de reis die ieder product aflegt betekent een betere informatie-uitwisseling en een enorme transformatie die zichtbaarheid in de supply chain vereist.
Als je kleding wilt recyclen, moet je immers weten waarvan het gemaakt is om te weten of en hoe je het kunt recyclen. Dit lukt alleen als data worden gestructureerd en gedeeld worden via wereldwijde en open standaarden. Dan weet de consument wat hij ermee kan doen, krijgen retailers verkoopinformatie en kunnen recyclers het op basis van de materialen identificeren en sorteren.
Identificatie is sleutel voor succes
Identificatie en data zijn noodzakelijk voor een volledig circulair proces. Vanaf de allereerste schakel in de keten, de reis van het product naar de consument tot aan hergebruik. Het gaat immers om het correct en juist te kunnen identificeren van kledingstukken en dat je vervolgens betrouwbare productdata daarover kunt delen. Het is een combinatie van traceerbaarheid, transparantie en betrouwbare identificatie. GS1 standaarden bieden een wereldwijde taal die helpt dit proces te stroomlijnen. Ze zijn nuttig om de hele levenscyclus van een product in kaart te brengen en te volgen.
Als elk product kon spreken
Met een GS1 QR-code kun je aan verschillende gebruikers de voor hen relevante inhoud tonen. Als je daarbij ook GS1 Digital Link inzet breng je de code online en dan heb je een zogenaamde ‘digital twin’ van het product. "De GS1 Digital Link is een potentieel baanbrekende standaard, die letterlijk elk product koppelt aan het web en het digitale ecosysteem", zegt Sanjay Sarma, vice-president Open Learning bij Massachusetts Institute of Technology en lid van de Raad van Bestuur van GS1. Als een klant een code op een T-shirt scant, krijgt hij toegang tot herkomst van dat shirt. Een retailer kan de authenticiteit van het shirt achterhalen. En een recycler kan zien wat er in het product zit en krijgt zo de data die hij nodig heeft.
Bezoek voor meer informatie de website van GS1.