Euratex zet manifest op papier met oog op verkiezingen voor Europees Parlement: “2024 wordt keerpunt voor mode-industrie”
bezig met laden...
Europese burgers stemmen van 6 tot 9 juni voor een nieuw Europees Parlement. Met oog op de verkiezingen publiceert Euratex een lijst met vijftien verzoeken die een bijdrage moeten leveren aan een concurrerende Europese textiel- en kledingindustrie.
Euratex vertegenwoordigt 160.000 Europese textielbedrijven en vindt dat Europese beleidsmakers de rol van textiel- en kledingbedrijven moeten erkennen, en een open dialoog moeten voeren om betere randvoorwaarden te creëren om op de markt te kunnen opereren, zo meldt Euratex in een persbericht.
Het beleid moet, volgens Euratex, geconcentreerd zijn op vier punten. De eerste: er moet een ‘slim’ EU-industriebeleid worden ontwikkeld en uitgevoerd. Euratex wil dat iedere nieuwe wetgeving een ‘competitiviteitstest’ ondergaat om zo een kritische blik te werpen op de impact van de nieuwe regels. Bovendien moet onderwijs en werkgelegenheid binnen de industrie bevorderd worden en moet er meer investering komen in innovatie en digitalisatie.
Dan is er volgens Euratex ‘geen duurzaamheid zonder concurrentie’. De organisatie stimuleert duurzaamheid, maar vraagt om economisch realisme. “De nieuwe regelgeving moet coherent, afdwingbaar, haalbaar en toepasbaar zijn voor MKB’ers [Midden- en Kleinbedrijven, red.] en mag textielbedrijven niet uit de markt drukken.
Nummer drie: Er moet veilig en eerlijk worden gehandeld. Euratex wil, naast de steun voor vrijhandelsovereenkomsten in het algemeen, dat alle handelsovereenkomsten met EU-bedrijven effectieve markttoegang en gelijkwaardige concurrentievoorwaarden bieden.
Als laatste wil Euratex de vraag naar duurzaam textiel stimuleren. Dit wil Euratex doen door standaardeisen en fiscale prikkels te creëren. Bovendien zouden overheden ‘groene overheidsopdrachten’ moeten implementeren.
De verkiezingen zijn, volgens Alberto Paccanelli, voorzitter van Euratex, ‘een keerpunt voor de toekomst van Europa en zijn industriële basis’. Europa blijft volgens hem achter als het gaat om maatregelen die de industrie ondersteunen. “We hebben een duidelijke visie nodig die ons naar een groenere en welvarende toekomst brengen. We moeten doelstellingen met elkaar in overeenstemming brengen en belangrijke mondiale partners bij ons betrekken, want deze transformatie kan niet door slechts één regio worden gerealiseerd.”