De pluim van Ludovic de Saint Sernin bij Ann Demeulemeester
bezig met laden...
Parijs - Er werd uitgekeken naar het debuut van Ludovic de Saint Sernin bij Ann Demeulemeester, afgelopen weekeinde in Parijs. Het werd een rechttoe rechtaan eerbetoon, dat misschien net iets te simpel was.
Er werd de voorbije weken en maanden opnieuw veel met namen geschoven in de organigrams van de mode. De contracten tussen labels en ontwerpers worden steeds korter, gemiddeld drie jaar, terwijl dat vroeger soms tien jaar was. Als er geen vonk ontstaat tussen merk en designer, klinkt het al snel van ‘next!’. In Londen nam Daniel Lee twee weken geleden de fakkel over bij Burberry, en in Parijs presenteerden Harris Reed en Ibrahim Kamara afgelopen week hun eerste collecties voor respectievelijk Nina Ricci en Off-White.
En dan was er nog Ann Demeulemeester, waar zaterdagavond de nieuwe artistiek directeur Ludovic de Saint Sernin debuteerde op de catwalk.
Het Belgische label bestaat sinds 1985 en is opgericht door Demeulemeester en haar man en rechterhand, Patrick Robyn. Het echtpaar is sinds 2013 niet meer betrokken bij het bedrijf, BVBA 32. Dat is toen verkocht aan zakenvrouw Anne Chapelle. De Franse ontwerper Sébastien Meunier, die al enkele jaren de mannencollecties ontwierp, werd artistiek directeur.
In 2021 wisselde het label opnieuw van eigenaar. Het werd ingelijfd door de Italiaanse zakenman Claudio Antonioli, die boetieks bezit in Milaan (waar hij Ann Demeulemeester verkoopt sinds 1987), Turijn, Lugano en Ibiza, en Volt, een club in Milaan. Antonioli was ook medestichter van New Guards Group (NGG), de groep achter trendy labels als Off/White, Palm Angels en Ambush. NGG is enkele jaren geleden verkocht aan e-commercegigant Farfetch; maar hij is zelf niet langer bij de groep betrokken.
“Ik wil niet dat het merk totaal verandert,” vertelde Antonioli ondergetekende naar aanleiding van zijn herlancering van Ann Demeulemeester, vorig jaar. “Er is geen haast bij. Maar ik wil ons wel voorbereiden op de toekomst. Mode is niet bedoeld voor zestigers. Mode spreekt tot twintigers en dertigers, en die willen we graag bereiken. Mét respect voor het DNA van Ann Demeulemeester.”
Sébastien Meunier was toen al uitgezwaaid. Het label, studio inbegrepen, verhuisde van Antwerpen naar Milaan. Antonioli haalde Demeulemeester en Robyn opnieuw aan boord. Demeulemeester gaf advies achter de schermen; Robyn was onder meer verantwoordelijk voor de herinrichting van de flagshipstore in Antwerpen.
Het paar zat ook front row op de eerste catwalkshow van het merk onder het bewind van Antonioli. Die show, en de volgende, beide tijdens Paris Fashion Week, werden ontworpen door een intern team. De collecties sloten aan bij het erfgoed van de ontwerpster, met veel herinterpretaties van archiefstukken. Ze werden positief onthaald, maar hadden relatief weinig impact, ondanks de verschijning van Cher op de eerste rij, vorig seizoen.
Dat was niet echt verbazingwekkend. In Parijs is het tijdens de modeweek steeds moeilijker om als onafhankelijk modehuis op te vallen tussen de megaspektakels van de luxehuizen en jongere labels die slimmer omgaan met sociale media, zoals Jacquemus of Coperni, dat vorig seizoen gigantisch scoorde met Bella Hadid die op de catwalk een jurk uit een tube kreeg opgespoten.
Ludovic de Saint Sernin maakt debuut bij Ann Demeulemeester
Eind vorig jaar kondigde Ann Demeulemeester enigszins onverwacht dan toch een nieuwe artistiek ontwerper aan: de in Brussel geboren, maar in Frankrijk opgegroeide Ludovic de Saint Sernin.
De ontwerper, die zijn eigen label in 2017 begon, en soms ook shows meeloopt als model, is gespecialiseerd in (letterlijk) niemendalletjes met veel glitter, vaak genderfluïde. Er was, op het eerste gezicht, niets dat De Saint Sernin en Demeulemeester bindt, tenzij misschien de Venetiaans blonde lokken van de Parijzenaar.
Maar De Saint Sernin heeft wel een uitgebreide schare, vooral jonge fans, en een machtig netwerk. Hij is digitaal vaardig. Een van zijn eerste stappen was het vervangen van Michèle Montagne, de legendarische Parijse persattachée die Demeulemeester sinds de nineties begeleidde, en die jarenlang ook mee de styling van de shows verzorgde, door het agentschap van Lucien Pagès, onder meer verantwoordelijk voor de stunts van Coperni.
De Saint Sernin begon zijn baan bij het merk met een reeks van zes foto’s waarop hij zelf archiefstuks van Demeulemeester draagt. Vervolgens kwam de show, zaterdagavond, in het Lycée Carnot, een middelbare school waar wel vaker shows worden georganiseerd — eerder deze week streek ook Acne Studios er neer.
Het debuut was, net als die selfies, opvallend schatplichtig aan de archieven: zwartlederen pakken en witte hemden voor de jongens, lange zijden rokken voor de meisjes; stevige staplaarzen; slierten; pluimen — in de eerste en laatste look diende een lederen veer als een soort bandeau, en verschillende modellen, opvallend genoeg allemaal vrouwen, kruisten hun armen voor hun naakte borsten op de wijze van een duif.
“Dat was mijn manier om te zeggen dat ik na deze eerste stap mijn vleugels ga spreiden en mezelf zal kunnen uitdrukken,” zei de ontwerper achteraf backstage.
Hij noemde de collectie een hommage aan Demeulemeester, gebaseerd op het boek uit 2014 met foto’s van àlle looks uit àlle shows van de ontwerpster, van haar debuut tot haar laatste eigen collectie in 2013, gedrukt op flinterdun bijbelpapier. Hij had daarbij een voorkeur voor de periode tussen ruwweg 1997 en 2000 omdat hij zichzelf daarin het meest herkende. Hij zou haar ook hebben ontmoet, en als raad hebben meegekregen dat hij vooral zijn best moest doen en hard werken.
Hàrder werken, misschien. Dit was alles welbeschouwd een collectie die nogal licht woog, figuurlijk, maar ook letterlijk — er waren, met uitzondering van de stukken in leder, amper jassen of mantels te zien. Demeulemeester was bekend om haar sfeervolle, poëtische shows, maar De Saint Sernin slaagde er op geen moment in om een gelijkaardige sfeer te creëren, of zelfs maar te recreëren. De magie ontbrak. Het verschil met de collecties van zijn voorganger Sébastien Meunier was bovendien eerder klein. Een simpel eerbetoon aan Ann Demeulemeester volstaat allicht niet om de kids mee te krijgen in het verhaal. Voor de oudere fans van het merk is de collectie van De Saint Sernin een pover doorslagje van ‘the real thing’, Demeulemeester ‘light’. En jongere consumenten wachten ongeduldig op een eigen visie van de Franse ontwerper. Wat betekent Ann Demeulemeester nu, in de eenentwintigste eeuw? Misschien vindt de ontwerper volgend seizoen een antwoord op die vraag.