Het paskamer complex
bezig met laden...
"In mijn vrije tijd ben ik óók consument," zei laatst een goede vriendin tegen mij, die haar gehele werkende leven actief is in de modebranche. Een opmerking die aanleiding was voor dit stuk over de beslommeringen van de doorsnee klant die wetenswaardig kunnen zijn voor modeprofessionals. Vanwege mijn werk en persoonlijke belangstelling kom ik vrij vaak in kledingwinkels. Zowel in filialen van internationale ketenbedrijven als in kleinere zelfstandige modezaakjes. En bijna even vaak in het binnen- als in het buitenland. Al deze winkels verschillen onderling natuurlijk enorm, in collecties en sfeer, qua prijzen, benadering en vloeroppervlak. Maar het meest opvallend is hoe divers het met de paskamers is gesteld. Zo ontspannen en aangenaam als het kleding passen elders verloopt, zo hectisch en ongemakkelijk is het vaak hier. En uit een kleine rondvraag bleek dat ik dat niet als enige vind.
Metamorfose
Paskamers. In de ene winkel wordt er heel veel werk van gemaakt en bij de andere lijkt het de sluitpost op de begroting. Neem de veelbesproken - en bejubelde - Prada winkel van de Nederlandse architect Rem Koolhaas in New York. Kosten noch moeite zijn gespaard om het klanten daar zo aangenaam mogelijk te maken. De kleedkamers zijn er ruim en modern, met glazen deuren die ondoorzichtig worden wanneer er iemand naar binnengaat. Vervolgens kan de klant middels een beeldscherm gegevens over de gepaste kleding opvragen. Zo kan men tips krijgen voor bijpassende accessoires. Met behulp van rifd-technologie waarmee gedetailleerde informatie over de betreffende kledingstukken in chips in de labels is opgeslagen, kan een medewerker alternatieve items vlot opzoeken. Maar ook dichter bij huis wordt steeds meer werk van de paskamers gemaakt. Zo hebben deze in de Bijenkorf in Amsterdam bij de grote verbouwing vorig jaar een ingrijpende metamorfose ondergaan. Ze zijn ruim (1,30 x 1,10 meter) met een spiegel voor de hele lengte én een extra klapspiegel om ook de achterkant te inspecteren. Het licht is goed en niet te fel, er zijn ferme haken en een krukje. Hoewel aan diefstalpreventie is gedacht, zijn de deurtjes niet hinderlijk klein gemaakt. Er is een opening op ooghoogte en de open onderkant laat alleen de enkels en een halve kuit vrij. Winkelpersoneel heeft dankzij een transparante scheidingswand goed zicht op de deurtjes, maar de gewenste privacy van de passende klant wordt niet geschonden. Elders gaat het echter vaak mis. Neem bijvoorbeeld de Deense keten Vero Moda waar de klapdeurtjes als te kort en te laag worden ervaren en de Spaanse Mango, die berucht is om zijn krappe pashokjes. Hoewel er bij Mango wel een lange spiegel in de pasruimten hangt, kan men door de gemiddelde afmetingen van 75 bij 80 centimeter onvoldoende afstand nemen om zichzelf goed te bekijken.
Middels een peiling op de consumentenwebsite van FashionUnited vroegen wij onze lezers waar zij zich het meest aan storen als het om pashokjes gaat. Het aantal reacties was - op z'n zachtst gezegd - indrukwekkend. Consumenten blijken zich in de winkel verschrikkelijk te ergeren. Lezers gaven antwoord op de vraag wat hun grootste ergernissen zijn als zij kleding gaan passen. Zij konden kiezen uit zeven mogelijkheden. Van 'te weinig haakjes' of 'te weinig ruimte' tot 'lange rijen' en 'kleding die is blijven hangen'. Tevens konden zij invullen welke winkel volgens hen de slechtste paskamers heeft. Het resultaat is duidelijk. Maar liefst 68 procent van de respondenten ergert zich het meest wanneer zij het hokje uit moeten om in een spiegel te kijken. De meeste mensen bekijken zichzelf toch liever 'veilig' achter een gesloten deur. Deze uitkomst komt overeen met een onderzoek dat bureau Gfk Fashion Scope vorig jaar deed in opdracht van Textilia. Tweeduizend consumenten kregen toen door het onderzoeksbureau de volgende stelling voorgelegd: 'Ik vind het belangrijk dat er in de paskamer van een kledingzaak een spiegel hangt.' Ook hierop reageerde het gros van de ondervraagden (maar liefst 91 procent) instemmend. Bij de FashionUnited online poll kwamen 'lange rijen voor de paskamer' en 'te weinig ruimte' met ieder 51 procent op een gedeelde tweede plaats. De helft (50 procent) van de respondenten vindt het vervelend wanneer er te weinig of geen haakjes in de kleedkamer zijn en daarmee komt die ergernis op de derde plaats.
De top drie
Dat haakjes in een paskamer nuttig zijn is nogal logisch. Zo kan de klant niet alleen de eigen jas kwijt en kan ook worden voorkomen dat de gloednieuwe winkelwaar op de, vaak stoffige, grond belandt. (Op onze internetpeiling kwamen ook veel klachten binnen over stofpluimen en vieze paskamers). Het ontbreken van kledinghaken - zij zijn bijvoorbeeld afgebroken - is in veel gevallen een tijdelijk euvel dat meestal snel wordt opgelost. Een lange rij wachtenden voor de paskamer is een probleem dat helaas vooral aan ons land lijkt te zijn voorbehouden, maar dat maakt de ergernis er niet minder om. Uit het eerder genoemde Gfk-onderzoek kwam naar voren dat 45 procent van de vrouwelijke klanten een winkel zelfs verlaat als zij niet snel genoeg kan passen. De ervaring leert dat nergens anders in Europa - laat staan in de VS - klanten zo vaak moeten wachten op een plekje. Op een zaterdagmiddag kan men in de H&M aan de Rue de Rivoli in Parijs meestal gewoon doorlopen. Dat hoef je in de Kalverstraat echt niet te proberen. Of een paskamer als groot of klein wordt ervaren is afhankelijk van de persoon die erin staat, maar zoals eerder vermeld zijn die van Mango wel aan de zeer krappe kant. Het Spaanse bedrijf blijkt echter een reden te hebben voor het formaat van deze ruimtes. "Hoe groter de paskamer, hoe meer tijd mensen erin doorbrengen," kregen wij van de woordvoerder te horen. "Mango wil zo voorkomen dat klanten lang in de rij moeten staan." Toch zou het prettig zijn als hier en daar wat 'kostbare' schapruimte werd opgeofferd voor wat meer ruimte in het pashok. Een beslissing die waarschijnlijk ook het aantal retouren kan doen afnemen, omdat er minder vaak 'op de gok' wordt gekocht teneinde het passen in de winkel te vermijden. Het is opvallend hoeveel mensen dat doen.
Dan de nummer één: het ontbreken van een goede spiegel. Om te zien of een outfit leuk staat - of juist niet - moet de klant het 'veilige' hokje uit. Modedetaillisten zeggen dat zij op deze manier hun klanten goed kunnen adviseren. (In de Prada winkel in New York heeft technologie die rol gedeeltelijk overgenomen). Andere redenen zijn diefstalpreventie en - weer - de omloopsnelheid van de paskamer. Maar de consument vindt het vreselijk. Zij voelt zich bekeken, onzeker over haar uiterlijk en zij is in veel gevallen eigenlijk niet van de goed bedoelde adviezen gediend. "Ik beslis zelf wel wat ik leuk vind" of "ik wil niet dat ze mij iets aansmeren" is het veelgehoorde commentaar. Vrouwen die wel een advies willen, vragen daar wel om. Teneinde diefstal te voorkomen is het verstandig als een medewerker permanent toezicht houdt. Door bijvoorbeeld de te passen kleren over te nemen en voor de klant in het hokje te hangen, weet men precies hoeveel en wat zij heeft gepakt en zo kan ook makkelijker worden gevraagd naar stukken die 'verdwenen' zijn. Grote kans dat na de woorden: "Dat blauwe shirt zal u goed staan!" het verdwenen item plots weer opduikt.
Al met al genoeg reden om de paskamers nog eens kritisch te bekijken.