Maatschappelijke vraagstukken bij Lichting winnaars 2016
bezig met laden...
“Welkom in mijn wereld.” Met deze woorden verwelkomt Danial Aitouganov de modepers tijdens de speeddates, voorafgaand aan de uitreiking van Lichting 2016. Als het aan hem ligt, komt zijn eigen label er snel. “Het businessplan ligt al klaar.” En het zou zomaar eens werkelijkheid kunnen worden, want op de openingsavond sleepte de afgestudeerde Amfi-student de juryprijs Lichting 2016 in de wacht. Marlou Breuls won de publieksprijs met haar collect ‘The (non) conformist’.
Aitouganov won met zijn eindexamencollectie ‘The second sex –vol. II’. De expressieve en kleurrijke collectie die de vierde feministische golf als uitgangspunt neemt: een generatie vrouwen die welgemanierd vrij, speels, slim en rebels is. Het idee voor de collectie ontstond toen de ontwerper stage liep bij Alexander Wang. “Ik heb daar een documentaire gezien, die ‘The Seven Billion Otters’ heet. Die ging over een journalist die naar de Derde Wereld-landen ging reizen en hij interviewde daar de lokale bevolking,” licht Aitouganov toe. “Een onderdeel van de documentaire vond ik heel shocking; het ging over de positie van vrouwen, en over hoe ze ‘onder de man’ leefden. Als ze geen respect toonden voor de man, mochten vrouwen geslagen of zelfs gedood worden. Dat vond ik zo’n schok. En ik was destijds in hartje New York, maar daar zag ik ook niet veel beter. De Kim Kardashians vlogen je om de oren.” Hij ging nadenken over de positie van vrouwen in de wereld. “De seksualisering van de vrouw en juist het hele ouderwetse van de vrouw -het geweld en misbruik- heb ik gebruikt als inspiratie. Met die gedachte ben ik aan de slag gegaan; ik wilde een ode brengen aan de vrouw. Het moet een feest zijn.”
Winnaar Lichting 2016 zet positie van de vrouw centraal
De van oorsprong Russische ontwerper (hij kwam op zijn negende naar Nederland, red.) deed veel historisch onderzoek voor zijn collectie. “Ik heb veel gelezen over de vrouwenbeweging in de jaren twintig in Londen. Zij vochten voor het stemrecht, en daardoor kunnen vrouwen nu stemmen. Tot die tijd was het recht het aanrecht. Hij vervolgt: “De vrouwen moesten na de Eerste Wereldoorlog veel mannentaken overnemen, omdat veel mannen waren gestorven. Zo werden ze politieagent of piloot.” Hij bladert in zijn inspiratieboek en wijst naar de iconische poster van een vrouw met zakdoek in het haar die haar spierballen toont, met de tekst ‘Yes we can!’.
De vrolijke kleurenprints zijn geïnspireerd op kunst, laat Aitouganov weten. Zo haalde de ontwerper Karel Appel aan voor zijn kleurenpalet, omdat ‘de kunstenaar ook een vechter was voor zijn recht als onderdeel van de Cobra-beweging’. Aitouganov: “Hij deed dat op een bijna kinderlijke en positieve manier. Dat wil ik ook doen met mijn collectie. Niet schreeuwen en boos zijn, maar de vrouwelijkheid omarmen.” De prints zijn hier en daar bewerkt met glitters, pailletten en andere materialen. Hij heeft een grote liefde voor prints, erkent hij. “Maar soms vind ik ze te vlak worden, dus dan borduur ik erop met satijnen linten. Via contacten in New York heb ik de stof opgestuurd naar India, waar alle pailletten erop zijn gezet.”
Opvallend in zijn collectie zijn de ‘opgeblazen’ elementen; grote zakken, buiten proportionele tassen en ja, ook die grote hoed die hij zelf draagt hoort daarbij. “Die zakken kan je er ook afhalen,” licht de jonge ontwerper toe, die laat zien dat de grote zakken met drukknoopjes vastzitten op de jas. De schoenen, hoeden en tassen zijn ook zelf ontworpen door Aitouganov. “ Ik kon maar geen geschikte schoenen vinden, dus heb ik ze zelf last minute gemaakt,” zegt hij, toegevend dat hij nogal perfectionistisch is. Schoenen zijn gemaakt samen met een afgestudeerde vriend van de schoenenopleiding van de Artez Fashion Master. “Het is voor het eerst dat ik er mee aan de slag ben gegaan en dat maakt het totaalplaatje compleet. Mijn visie komt beter over. Zo heb ik ook sieraden gemaakt, glas geblazen van keramiek.” Voor de opvallende hoofddeksels kreeg hij hulp van hoedenmakers Dirk-Jan Kortschot en Marcel de Leeuw van De Hoedenmaker in Amsterdam.
Als het aan Aitouganov ligt, gaat hij verder met zijn eigen label. “Het businessplan is al klaar. Maar er spelen natuurlijk meerder factoren mee, zo moet er wel een goede investeerder zijn. Ik ga het zien na Lichting.”
Marlou Breuls wint publieksprijs Lichting 2016
De publieksprijs ging dit jaar naar Marlou Breuls, eveneens afkomstig van Amfi. Zij kon op lovende reacties van de modepers rekenen nadat ze haar volledige rode collectie had getoond in de Gashouder in Amsterdam.
Breul’s collectie viel op door de bonte mix aan stoffen en spannende details, zoals ringen, magneetjes en grote ruches. Haar collectie was gebaseerd op het non-conformisme. “Afgelopen zomer zat ik bij mijn grootouders aan de keukentafel en er ontstond een discussie over diversiteit in de samenleving. Mensen die in een nieuw land komen wonen moeten vaak hun hele oude identiteit opgeven. Volgens mijn familie moest ‘Nederland altijd zo blijven’. Maar sinds ik in Amsterdam ben gaan wonen, in Amsterdam-Oost notabene, ben ik daar toch heel anders tegenaan gaan kijken. Dat is natuurlijk een smeltkroes van culturen. Toen ben ik gaan nadenken over hoe ik erin stond. De afstand in de maatschappij -conservatievellingen versus mensen die de discussie willen openstellen- is er nog steeds,” vertelt de jonge ontwerpster. “Ik wil met mijn collectie een statement maken, waarbij ik precies tussen de visies insta. Ik oordeel over niemand; iedereen moet kunnen zijn zoals ie is. De collectie vertelt precies wat er tussenin staat. Non-conformisten en conformisten kunnen op deze manier beiden waardering krijgen voor de diversiteit.”
Voor de collectie deed de jonge ontwerpster een visueel onderzoek naar verschillende culturele invloeden, en die ‘gooide ze in de blender’. “Kernelement is de bodysuit, die komt overal in terug. Die komt namelijk in geen enkele cultuur voor,” licht ze toe. Om nog meer verbinding te creëren koos ze ervoor om de hele collectie in het rood te maken. “Rood is de kleur van waarschuwing, en de kleur van ‘pas op met wat je doet’ en seksualiteit. Het is zowel een kleur met negatieve en positieve connotatie.” Ze verwijst naar de jurk met de print van een decolleté. De kap van kant is een mix van boerenkant, die toch doet denken aan een boerka. “Die is natuurlijk bedoeld om te bedekken, maar door het kant is het toch provocerend. Hierdoor laat je juist zien wat verboden is, dat is de wrijving waar ik naar op zoek was.”
De diversiteit wordt tevens verbeeld door de kledingelementen letterlijk aan elkaar te verbinden met ringen en magneten. “De slogan van mijn collectie is ook: balans zoeken in provocatie en acceptatie. Op die manier kan multiculturalisme zich tentoonstellen,” stelt de ontwerpster. Ze trekt een top met ruches uit het rek. “Aan alle ringen zitten magneten. Alles kan aan elkaar vast worden geklikt. Alle kledingstukken hebben een bepaalde constructie, waardoor je de styling kan veranderen.” Een van de eyecatchers is een jurk van tapijt (“die is heel zwaar”) , zo eentje die normaal onder de salontafel ligt. “Bij mijn grootouders lag zo’n tapijt in de kamer, wat natuurlijk een Perzisch tapijt is en dat stond haaks op hun standpunt.” Breuls maakte er een jurk van, voorzien van lakleren riem met gesp en hoge laarzen die tot aan het dijbeen reiken.
Marlou Breuls liep eerder stage bij de couture-afdeling van Viktor & Rolf (ze werkte mee aan de collectie waarin jurken schilderijen werden). Wat ze nu gaat doen, is nog niet bekend: “Ik sta open voor alles, van commercieel tot couture. Als ik maar een verhaal kan vertellen binnen kleding, dan zit ik op mijn plek.” Een eigen label komt er misschien ooit wel eens, maar ‘eerst maar eens ervaring opdoen’.
In de Gashouder toonden veertien alumni van zeven Nederlandse modeacademies hun ontwerpen. Per afstudeercollectie mochten ze vijf looks presenteren aan de jury en de kritische modepers. De jury bestond dit jaar uit Rem D. Koolhaas (creatief directeur van United Nude), Ferry Schoew (fashion forecaster), Michael Kampe (hoofd van het creatieve management Denim Boss Orange & Green) en Bram van Diepen (ontwerper mannenmode en creatief consultant).
Beeld: Peter Stigter