• Home
  • Nieuws
  • Mode
  • Prêt-à-Porter; voorbeeld voor vakbeurzen

Prêt-à-Porter; voorbeeld voor vakbeurzen

Door FashionUnited

bezig met laden...

Scroll down to read more

Paris - Capitale de la création. Die naam maakt de Franse hoofdstad anno 2004 meer dan waar. Parijs en de kunsten zijn synoniem en deze modestad is dan ook bij uitstek geschikt om inspiratie op te doen voor komende seizoenen. Modevakbeurs Prêt-à-Porter is zo'n inspiratiebron, waar andere Europese vakbeurzen een voorbeeld aan kunnen nemen.

 

Het internationale modecircus is na Milaan in de Franse hoofdstad neergestreken. Grote namen zetten de toon en de creativiteit was in de hele stad voelbaar. John Galliano trapte af met de Haute couture zomerpresentatie van Christian Dior. De Britse couturier verkeerde in Egyptische sferen en gaf een adembenemende show. Jean Paul Gaultier bracht een sierlijke en draagbare collectie en sloeg daarmee een verrassend nieuwe weg in. Kort daarop volgden de mannenmodeshows waar Martin Margiela voor de heren een rommelige chic neerzette en Yohji Yamamoto popmuzikanten de catwalk opstuurde.

Ook internationale confectioneurs lieten zich van hun meest creatieve kant zien op de modevakbeurzen Prêt-à-Porter en Who's Next die afgelopen weekend plaatsvonden. Modeprofessionals uit de hele wereld kwamen naar de Paris Expo in de Porte de Versailles. Op de Prêt-à-Porter toonden maar liefst 1230 exposanten uit 41 landen hun collecties in 15 afdelingen verdeeld over drie verdiepingen.

Opvallend is het geringe aantal exposanten uit Nederland dat de stap naar Parijs durft te zetten. Sylvie Verdierre van het internationale eventpromotiebureau Promosalons laat weten dat de taalbarrière nog steeds de grootste drempel blijkt te zijn voor Nederlandse merken om naar deze beurs te komen. "Daarnaast heeft men nogal wat vooroordelen over de Fransen, zoals dat zij slecht zouden betalen en arrogant zijn. Wat veel mensen niet weten is dat er met Franse detaillisten goed alternatieve en werkbare betalingsafspraken te maken zijn." Ten einde Parijs aantrekkelijker te maken voor Nederlandse merken begeleidt Promosalons exposanten dan ook intensief bij de voorbereiding en na afloop van de beurs.

Uit een rondgang langs de Nederlandse merken die de stap wel hebben gezet blijkt dat Parijs hen inderdaad veel te bieden heeft. Albert Veenstra van damesmodemerk Trois de Boulogne staat al een aantal seizoenen op de Prêt-à-Porter en dat bevalt hem uitstekend. "Je merkt zodra je binnenkomt dat dit een professionele beurs is en het publiek zeer internationaal georiënteerd. De CPD heeft dat bijvoorbeeld helemaal niet." Veenstra komt vooral naar de Franse vakbeurs voor buitenlandse klanten uit bijvoorbeeld Italië en Japan. Rian Oomen van Beauregard accessoires vertelt hoe zij een paar seizoenen geleden op deze beurs met het Engelse Selfridges in contact is gekomen, wat tot een merkcorner in het bekende warenhuis heeft geresulteerd.

Geert-Jan Wijers van het jassenmerk Creenstone (onderdeel van de Secon Groep) is ook enthousiast. Creenstone is voor de eerste keer op de Parijse vakbeurs vertegenwoordigd. "Franse detaillisten laten zich moeilijk bewegen om naar een showroom te komen, maar naar deze beurs komen ze wel. Prêt-à-Porter is niet alleen van belang voor Franse klanten en prospecs, maar voor de hele Zuid-Europese markt." Voorts merkt hij op dat er opvallend veel bezoekers uit Nederland naar de beurs zijn gekomen, waardoor de beurs ook voor de thuismarkt interessante mogelijkheden biedt.

Maar wat maakt deze beurs nu zo bijzonder? De diversiteit aan merken en labels is enorm, maar blijft dankzij een heldere indeling overzichtelijk. De afdelingen zijn duidelijk gescheiden en opzet en aankleding ademt creativiteit. Diezelfde creativiteit bleek uit de bruisende modeshows die op de beursvloer plaatsvonden. Een selectie uit de collecties van exposanten gemaakt gaf bezoekers een goed beeld van hetgeen volgend seizoen te gebeuren staat. Daaruit blijkt maar weer dat in Parijs de mode voorop staat.

Pret a porter