Versmalling is toekomst modevakbeurs
bezig met laden...
De lancering van So Loft is een slimme zet van de Parijse modevakbeurs Prêt à Porter. In deze afdeling op de derde verdieping werd afgelopen weekend een drieluik met belangrijke modetendensen gepresenteerd, die zich nog in nichemarkten bevinden. Het aantal merken dat er exposeerde was dan ook niet groot, maar het aanbod verrassend en de sfeer goed.
Het relatief kleine aantal exposanten dat per afdeling in So Loft waren te vinden vormen een scherp contrast met de heersende tendens op modevakbeurzen. In navolging van Bread & Butter Barcelona en bijvoorbeeld Who's Next in Parijs, die dit keer de voordeur deelde met de accessoirebeurs Premiere Classe, overheerst de teneur dat modebeurzen alleen maar groter en massaler moeten worden. Negenhonderd, duizend stands, het zijn geen uitzonderingen meer, net als de pompende muziek die een gesprek soms vrijwel onmogelijk maakt.
In So Loft werden drie nieuwe secties verenigd: So Ethic, The Box en Shibuya. Shibuya was geheel gewijd aan de Japanse tienermode uit de gelijknamige wijk in Tokio, die langzaam het westen verovert. Het betreft de snoezig, meisjesachtige Lolita-stijl die zangeres Gwen Stefani met haar kledinglabel L.A.M.B. en videoclip hier bekendmaakte. De stijl van de Shibuyettes is vergelijkbaar met die van de Harajuku-meisjes (en jongens), maar een stukje expressiever en dat is te zien aan nog meer veel felle kleuren en prints, glitters, minirokken, strikken en kantjes. Opvallend genoeg was er maar één Aziatisch merk onder de 53 exposanten, het accessoiremerk Chocolate Rain uit Hong Kong. Het merendeel was afkomstig uit Frankrijk en hier was ook één Nederlandse exposant te vinden, Bas Kosters Studio.
In de sectie So Ethic ging alle aandacht naar sociaal verantwoord en milieuvriendelijk geproduceerde labels. De 45 exposerende merken leverden een divers beeld op van wat er in deze sector wordt gemaakt. Hier zag je de casual modecollecties van het Franse merk Ekyog en van snoeppapiertjes geweven tassen en vloerkleden van het Amerikaanse Nahui Olin. Leuk was ook het kersverse Franse merk Les Fées de Bengale dat hier zijn eerste collectie presenteerde. Verantwoord produceren was het eerste uitgangspunt van de drie jonge vrouwen (tussen 24 en 28 jaar) achter dit merk. De debuutcollectie valt meteen op door het subtiele kleurgebruik, de losse katoenen tops en subtiele kantdetails.
The Box is de nieuwe accessoireafdeling van de beurs en gelieerd aan de beurssectie Atmosphère, welke al geruime tijd plaats biedt aan goedlopende, creatieve merken zoals Bruuns Bazaar, Antik Batik en Stills. In The Box staan hoogwaardige accessoiremerken die al een volwaardige distributie hebben opgebouwd. “Het gaat om bijzonder creatieve labels. Ik noem het ‘haute fantasy',” aldus Muriel Piaser, de drijvende kracht achter de nieuwe afdeling. The Box is het resultaat van onderzoek onder bezoekers in september 2005, waaruit bleek dat er behoefte was aan een aparte afdeling voor accessoirelabels in het hogere segment. Ook hier exposeerden ‘slechts' 53 merken en Piaser zegt er in de toekomst niet meer dan tachtig te willen hebben.
Hoewel met name standhouders van The Box, dat door de standbouw in een grote zwarte doos niet heel ‘toegankelijk leek, mopperden dat het te stil was, vormde de nieuwe sectie van Prêt à Porter een eiland van weldadige rust vergeleken met de hectiek die elders heersde. Hier konden bezoekers nog nieuwe dingen ontdekken, praten en inspiratie opdoen. De toekomst van de modevakbeurs zit ‘m misschien helemaal niet in steeds groter en steeds meer, de bekende merken (de ‘usual suspects' van iedere beurs) hebben de vakbeurs ook helemaal niet meer nodig om zaken te doen. De toekomst van de modevakbeurs zit hem in specialisatie en vernieuwing en dus in versmallen van het aanbod.