• Home
  • Nieuws
  • Mode
  • World Fashion Centre viert 50-jarig jubileum met koffietafelboek

World Fashion Centre viert 50-jarig jubileum met koffietafelboek

Door May-Anne Oltmans

bezig met laden...

Scroll down to read more
Mode|REPORTAGE

”Dit is een unicum: vandaag vieren we 50 jaar mode.” Aan het woord is Marianne van der Linden-Peetsold, algemeen directeur van het World Fashion Centre (WFC) dat dinsdag zijn 50-jarig jubileum vierde. Op 27 maart 1968 opende wijlen Prins Bernhard Toren 1 en 2 van het complex dat toen nog door het leven ging als het Confectiecentrum, en precies vijf decennia, twee torens en een hele hoop mijlpalen later is het tijd om dat te vieren. Ter ere van de verjaardag van het WFC is een koffietafelboek uitgebracht waarin verhalen zijn gebundeld van verschillende ondernemers die met hun bedrijf in het centrum zijn gevestigd. Daarnaast werden Carlo Wijnands en Roger Cremers, onder andere bekend van de exposities van Marilyn Monroe en Hollandse Meesters, gevraagd een mode-installatie te bouwen voor de centrale hal van het WFC. FashionUnited woonde de lancering van het koffietafelboek en de mode-installatie bij en brengt verslag uit.

World Fashion Centre blaast 50 kaarsjes uit en lanceert koffietafelboek

Op de dag van het jubileumfeest van het WFC is het buiten regenachtig en grijs, maar binnen is daar niets van te merken. Een DJ draait uptempo muziek, de aanwezigen praten ontspannen met elkaar en serveersters in zwarte jurkjes en obers met vlinderdasjes lopen af en aan met hapjes en cocktails. Zo nu en dan richt iemand zijn blik omhoog om de mode-installatie te bewonderen die hier het hele jaar zal blijven hangen. Dan geeft de klok half vier aan, en betreedt presentatrice Marvy Rieder het podium.

Directeur Van der Linden-Peetsold voegt zich bij Rieder en bedankt de aanwezigen, waarna Cremers erbij komt voor een toelichting op de installatie die hij samen met Wijnands creëerde. Wie omhoog kijkt ziet vier paspoppen, gekleed in zwarte coltruien en panty’s met daaroverheen basic zilveren jurkjes. De armen en benen van de mannequins steunen op lichtgele buizen die neutronen en raketten vormen die langzame rondjes om de eigen as draaien. “We hebben ons bij het maken van de installatie laten inspireren op de jaren ‘60: de tijd waarin het gebouw is gebouwd,” licht Cremers toe. Omdat de jaren ‘60 onlosmakelijk zijn verbonden met de ruimtevaart, werd uiteindelijk dit thema gekozen: “We hebben ons bijvoorbeeld laten inspireren door de ‘’Thunderbirds’’, de maanlancering.”

Na Cremers is het de beurt aan modefotograaf Reinier van der Aart en model Sophia Scheffner om het podium te betreden. “Hoe gaat het schieten van een cover nu eigenlijk in zijn werk?” vraagt Rieder zich hardop af, waarna het duo voor de ogen van alle aanwezigen een fotoshoot in gang zet. Scheffner springt en poseert, en Van der Aart legt het allemaal vast. Dan valt opeens het doek achter het model dat eerder nog iets afschermde voor het publiek. Het blijkt de cover van het koffietafelboek met daarop een foto van Scheffner in precies dezelfde creatie en dezelfde springende houding die ze enkele seconden eerder ook op het podium aannam

Bas Kosters ontwerpt broekpak voor cover van koffietafelboek WFC

De opvallende creatie die Scheffner op de cover van het koffietafelboek draagt, werd ontworpen door Bas Kosters die zelf al dertien jaar vanuit het WFC werkt. Voor de cover bedacht hij een broekpak waarin ‘’oud en nieuw’’ letterlijk samenkomen. Kosters: “We hebben gewerkt met een handgemaakte stippenjurk uit de jaren ‘60, en die vervolgens gehalveerd. Van de stof die over was, hebben we een broekspijp onder de rok gemaakt - we hebben dus eigenlijk een half broekpak gemaakt van de gestipte stof en daar de jurk overheen gezet.” En de andere helft van het pak? Die is typisch Bas, aldus de ontwerper: “Een beetje seventies met punkprint.” Op de stof staan teksten in verschillende lettertypen en kleuren, waardoor het geheel eclectisch aandoet. Met het resultaat is Kosters erg tevreden: “Het was een heel leuke uitdaging, maar het kostte wel flink wat gepuzzel. Je wilt de jurk natuurlijk op zijn best laten overkomen, maar hoe doe je dat? Doordat het nu een broekpak is met twee kanten zie zo verschillend zijn, denk ik dat dit goed is gelukt.”

Zoals gezegd is Kosters zelf al lange tijd kind aan huis in het WFC, en dat hij werd gevraagd om mee te werken aan de cover ziet hij dan ook als een eer. Wat hem uit al zijn jaren in het WFC het beste is bijgebleven? Resoluut: “De modeshow die ik heb gegeven in de kelder.” De kelder wordt normaal gesproken enkel gebruikt voor het laden en lossen van goederen, maar Kosters zag er een betonnen catwalk in waar hij iets mee moest doen. “Ik heb een collectie gemaakt die een persiflage was op de Parijse haute couture. Buiten lag een lange rode loper, en mensen verwachten dan toch dat er iets sjieks gaat gebeuren. Aan het eind van de loper kwamen ze bij een lift die hen naar de kelder bracht, en daar liepen ze als eerst tegen de vuilcontainers aan,” blikt hij lachend terug.

Directeur WFC: “Wat ik echt wil is dat er nog meer creatieve huurders bijkomen”

Ook Van der Linden-Peetsold heeft in de jaren dat zij al bij het WFC rondloopt veel mooie maar ook grappige momenten meegemaakt. De directeur, zelf afkomstig uit de commerciële sector, herinnert zich bijvoorbeeld nog goed de eerste keer dat ze Kosters ontmoette. “De allereerste keer dat ik jou tegenkwam was in de lift. Ons kantoor zat toen nog op de zestiende verdieping, en ik weet nog dat ik eenmaal boven zei: “Ik stond nou toch met iemand in de lift…” Oh, dan ben je vast Bas tegengekomen zeiden ze toen,” vertelt Van der Linden-Peetsold grinnikend. Dat ze die creativiteit en vrijheid van de modewereld inmiddels volledig heeft omarmd is zeker, en ze kijkt dan ook positief terug op de afgelopen jaren. Het mooiste van alles vindt Van der Linden-Peetsold de ontwikkeling die heeft plaatsgevonden binnen het pand. “Eerst was het allemaal heel individualistisch, ondernemers deden echt hun eigen ding. Nu zoekt men juist meer contact met elkaar, dat vind ik echt heel mooi. We moeten het samen doen, we hebben elkaar nodig in de modeindustrie.”

Een andere belangrijke ontwikkeling binnen het WFC is de openstelling voor ondernemers uit andere branches. Waar het World Fashion Centre traditioneel gezien de plek was waar modeondernemers samenkwamen, streven Van der Linden-Peetsold en haar team ernaar nu ook andere creatieven aan te trekken. “Het is voor huurders belangrijk dat hier ook andere ondernemers zitten. Denk bijvoorbeeld aan een fotostudio: als je iets moois hebt ontworpen dan moet dat natuurlijk nog gefotografeerd worden. Hoe ideaal is het dan als dat in hetzelfde pand kan?” In de toekomst zou Van der Linden-Peetsold dan ook graag zien dat nog meer creatieven het WFC betrekken, als aanvulling op de bestaande huurders. Om meer ondernemers aan te trekken die zelf niet in de mode werken, wordt nu samengewerkt met makelaars. Daarnaast is de website van het WFC vernieuwd om duidelijk te maken dat je niet per se mode-ondernemer hoeft te zijn om je hier te mogen vestigen.

Maar vandaag is het feest, en vooruitdenken kan morgen ook nog. Van der Linden-Peetsold geniet nu liever nog even van wat ze samen met haar team heeft neergezet om een halve eeuw WFC te vieren. Ze is zichtbaar trots op het koffietafelboek waaraan een jaar lang met veel enthousiasme is gewerkt. Want Abraham zien, gebeurt niet iedere dag: “50 jaar is zo’n mijlpaal… Over 50 jaar moeten mensen daar nog over spreken. En hoe je daarvoor kan zorgen? Door een prachtig boek neer te zetten, want dat blijft.”

Beeld: FashionUnited

50-jarig jubileum
Bas Kosters
World Fashion Centre