Juffrouw Jersey - Bedrijfsprofiel Juffouw Jansen
Door FashionUnited
bezig met laden...
Jersey is de basis voor de collecties van Juffrouw Jansen.
Zelfs op een doordeweekse avond draagt Barbara de Bruijn een mooi aansluitend – maar niet te strak - zwart jurkje met opvallende eyecatchers zoals strikjes en plooitjes en een prachtig voile in het haar. Het geeft goed weer dat de kleding van haar merk Juffrouw Jansen draagbaar is, want vrijwel niet kreukt, makkelijk te wassen is én lekker zit. Ze heeft net de kinderen in bed gelegd, maar zou er ook zo de rode loper mee op kunnen; Hét bewijs dat haar ontwerpen casual chic zijn.
De Bruijn (1974) werkte al lange tijd in de mode toen zij in de winter van 2006 – aangespoord door haar echtgenoot Peter van ’t Veen – een testorder van Juffrouw Jansen maakte voor in de winkel van Van ’t Veen. Een agent was snel gevonden en in januari 2007 volgde de eerste levering aan winkeliers. Vanaf dat moment is het eigenlijk één grote rollercoaster. “Ik wist wel dat als ik het wilde laten slagen ik er volledig voor moest gaan”, zegt Jansen in haar ruime Amsterdamse benedenhuis. “Maar wist ik veel dat ik er mijn brood mee kon verdienen.” Ze begon vanuit huis en toen haar vader met zijn bedrijf stopte kon ze in zijn bedrijfsruimte verder werken. Tot ook dat te klein werd en De Bruijn en Van ’t Veen onlangs een 800 vierkante meter groot pand in Amsterdam Zuidoost aanschaften. Daar zal een kantoor, twee showrooms en uitleverruimte komen voor de twee collecties die Juffrouw Jansen per jaar aan de klanten levert. “We doen alles op voororder”, vertelt De Bruijn, “en we distribueren zelf, waardoor dat bijna helemaal foutloos verloopt.” Dat is nogal wat als je bedenkt dat er alleen al in Nederland ruim 250 winkels zijn die het label verkopen en de internationale verkooppunten ‘niet bij te houden zijn’. In Ierland, België en Canada heeft het label een eigen importeur; Noorwegen, Duitsland en Oostenrijk kopen het direct bij de verkoopagenten in.
Hoe verklaart De Bruijn het succes? “Ja, dat heb ik me vaak afgevraagd. Ik heb er hard voor geknokt, het onmogelijke mogelijk gemaakt”, zegt De Bruijn, die de laatste vierenhalf jaar ook nog eens twee kinderen kreeg. “Mijn ontwerpen zijn qua vorm uitgesprokener dan andere merken. Ik denk dat het zich daarin wel onderscheidt.” En, waar ze al op de kunstacademie niet in geloofde: doelgroepen. “De doelgroep van Juffrouw Jansen is dus heel breed. Van 20 tot 70 jaar. Want dit soort kleding staat iedereen.” De jurkjes, rokjes en vestjes met strikjes, rushes en roosjes, maar ook veel basics, worden voornamelijk gemaakt van een viscose/elastan jersey die in de winter vaak wat zwaarder is. De zware kwaliteit ‘tekent’ minder en maakt het daardoor ook uitermate geschikt voor oudere dames. De Bruijn: “Het is fijn materiaal, draagt prettig en is makkelijk in gebruik - er zijn weinig vrouwen die nog zin hebben om een bloesje te strijken – en het kan voor alle gelegenheden.” Veel hebben de twee ondernemers, die elkaar overigens goed aanvullen – De Bruijn is creatief, Van ’t Veen zakelijk - aan hun fabrikanten te danken. Zij waren vooral in de beginperiode heel flexibel. “We bestelden steeds weer bij en de fabriek werkte versneld onze modellen uit”, zegt De Bruijn daarover. Sowieso vind het tweetal het prettig om goede contacten met de producenten te onderhouden en zij laten daarom alle stijlen maken in Europa. De controle is fijn en je zit er zo. Bovendien is de kwaliteit beter dan die van fabrikanten in Turkije en het Verre-Oosten. Eén minpunt: Je moet als merk wel genoegen nemen met een lagere marge, want ook het eindproduct moet niet al te duur zijn. De ontwerpen kosten in de winkel tussen de 29,95 en 159,95 euro en zijn daarmee dus heel betaalbaar.
Waar de testorder in 2006 nog bestond uit slechts 25 modellen, telt elke collectie van Juffrouw Jansen nu maar liefst 140 tot 150 stijlen. Veel uni, want daar houdt De Bruijn van, maar sinds kort zijn daar ook grijs melanges, roze en prints aan toegevoegd. “Daar groei je naartoe. Ik ben van nature meer van vorm.” Aan inspiratie heeft de ontwerpster geen gebrek. Dat zijn vrouwelijke stijliconen door de jaren heen. Of klassieke films, zoals La Dolce Vita en Casablanca met Katherine Hepburn. Maar ook het straatbeeld levert altijd wel wat op. Een dame met rode nagellak en een hoedje bijvoorbeeld. Nee, trendgevoelig is het niet, vindt De Bruijn. Je kan de ontwerpen altijd blijven dragen. De collectie is groot, maar niet volwaardig. Dat maakt het zo’n geschikte lijn om in multibrand winkels te verkopen. Het past goed naast andere merken en stijlen. Aan een totaalcollectie zou De Bruijn nog heel wat moeten gaan sleutelen. Net als aan een heren- en kinderlijn overigens, mochten die er ooit komen. Al lonkt dat laatste met twee dochtertjes natuurlijk wel. Laten ze eerst maar eens kijken hoe het met de eerste pilot winkel gaan zal, die in mei in de Amsterdamse Reestraat (één van de ‘Negen Straatjes’, red.) zijn deuren heeft geopend. Een locatie overigens die heel goed bij het merk, dat voluit Juffrouw Jansen Amsterdam heet, past. Ook deze winkel zal er broeken van andere merken bij gaan voeren. “We hebben de zelfstandige franchisenemers daarin geadviseerd”, zegt Van ’t Veen.
En ondanks dat het echtpaar het ontzettend druk heeft, zou het bedrijf best nog wel eens verder kunnen groeien. Een agente heeft het merk in Zuid-Nederland helemaal uitgebouwd en in Den Bosch is ook interesse voor een tweede monobrand winkel. Maar dat is allemaal van later orde. Eerst willen de twee van de Amsterdamse winkel leren. En staat het uitbreiden van het aantal levertijden op het programma. Daarbij sluiten ze ook een eventuele webshop in de toekomst niet geheel uit. Al heeft Juffrouw Jansen veel verkooppunten in ons land en wil het label ook de winkeliers tevreden houden. Nee, je kunt loyale afnemers dat niet aan doen zoals de verkopen nu gaan, vinden ze. De Bruijn: “Maar doordat alles nu zo goed gaat en de verkooppunten internationaal zo snel uitbreiden blijft je je elke keer afvragen: ‘Goh, zou ik dat ook kunnen?’ Het is een droom waarvan ik had gehoopt dat die ooit uit zou komen, maar dit had ik nooit durven denken.”
Juffouw Jansen