Kindermerk krijgt grote zus

Van een galerie aan de Weesperzijde tot een volgroeid modebedrijf. Ineke

Grovenstein richtte in 1996 kindermodelabel KIK-KID op en introduceerde onlangs IS.IS: Een voorzichtig begin van een label voor dames. Uiteindelijk moeten de twee naast elkaar bestaan en los van elkaar functioneren. “Ik ben KIK-KID én ik ben IS.IS.”

Zowel het lijf als de bewegingen van een vrouw zijn nieuw voor me. Daar zal ik me in moeten gaan verdiepen de komende tijd.

Meestal gaat het andersom. Het begint met het label voor volwassenen en als spin-off ontstaat een kinderlabel van dezelfde makers. Bij IS.IS ging het andersom; Eerst was er KIK-KID, het label voor kinderen tot maat 152. En door de steeds terugkomende vraag van moeders of de leuke jurkjes er niet ook in hun maat waren, ontstond het idee om ook eens iets in damesmaten te ontwerpen. Van een collectie wil ontwerpster Ineke Grovenstein (43) nog niet echt spreken, maar het begin is er. IS.IS SS2011 – het merk is genoemd naar één van Grovensteins dochters - bestaat nu uit zo’n zeven stuks. Jurkjes, shirtjurkjes en leggings in verschillende materialen, kleuren en stijlen.

Het begon allemaal in 1996, toen zoon Kik van vriendin Francis werd geboren. Grovenstein was klaar met de kunstacademie en werkte vanuit een galerie aan de Weesperzijde in Amsterdam waar ze verschillende disciplines naast elkaar liet bestaan. Zowel beeldende kunst, als mode en grafisch ontwerp. Maar ook journalisten maakten gebruik van de werkplek. Grovenstein breide een pakje en maakte een mutsje voor Kik. Het mutsje, inmiddels bekend als de Speedymuts, werd zo goed ontvangen dat ze besloot nog twintig mutsjes te maken waarmee ze langs enkele winkels ging. “Ze waren binnen no-time uitverkocht” , vertelt Grovenstein vanuit het lichte hoofdkantoor van KIK-KID en IS.IS in de nieuwe wijk IJburg in Amsterdam. Vanuit de mutsjes ontstond de eerste kleine collectie en inmiddels zijn de circa 140 stijlen tellende collecties van KIK-KID te koop bij bijna 400 winkels in 21 landen over de hele wereld.

Van pyjama’s, ondergoed en zwemkleding, tot winterjassen, leggings en broeken, Grovenstein vindt het helemaal niet moeilijk om elke keer weer met een nieuwe collectie te komen. De vrolijk gekleurde kleren van KIK-KID in grappige prints van sterretjes, streepjes en blaadjes hebben vaak een leuke afwerking; een randje in een andere kleur, een steekzak in een babytruitje of een kapmouwtje hier en daar. De collectie voor SS 2011 is stoer en vrolijk, draagbaar en een beetje jaren ’80. Dat komt door de belijningen en de punten op de schouders. “Maar”, zegt Grovenstein, “je moet er ook een naam aan geven. We bekijken de collectie en pikken er dan iets opvallends uit.” Inspiratie haalt de ontwerpster uit haar eigen gevoel en ze werkt absoluut niet met thema’s. “Ik doe alles intuïtief. En het moet praktisch en draagbaar zijn.” Haar dochters dragen de ontwerpen van KIK-KID tot in den treuren. Ze weet dus wat fijn zit en het wordt honderd keer gewassen. Ook feedback van klanten kan behulpzaam zijn. En uiteraard is de kwaliteit van de materialen heel belangrijk. Prints ontwerpen ze bij KIK-KID zelf; de producten worden gefabriceerd in India, China en Polen. “Dat verschilt nogal. Op het moment zijn we heel erg bezig met verantwoord produceren.” De babyitems voor SS 2011 zijn nu helemaal fair trade, zowel wat betreft de sociale omstandigheden als het milieu. Ook zou de ontwerpster het fleece, waar ze veel mee werkt, helemaal ‘schoon’ willen krijgen. Daarvoor krijgt Grovenstein hulp van stichting Made-By, die kledinglabels hierbij helpt en adviseert.

Met het realiseren van IS.IS komt een droom uit. Al wil Grovenstein IS.IS natuurlijk wel uitbreiden tot een echte collectie met eigen dessins. Men is heel benieuwd naar de volgroeide IS.IS-collectie. Maar die is er zoals gezegd nog niet. IS.IS bestaat nu nog uit zeven stijlen. Daar komen volgend seizoen vijf items bij. Die collectie, AW 2011, zal in dezelfde stijl als KIK-KID blijven, maar dan ingetogener en uitgevoerd in andere materialen. De introductie van IS.IS was ironisch genoeg op een kinderkledingbeurs; In juli had het KIK-KID-team enkele IS.IS-samples naar De Kleine Fabriek meegenomen. Grovenstein: “Daardoor gonsde het nieuws tijdens de beurs.” Leuke bijkomstigheid is dat de verkoop van IS.IS het eerste seizoen (SS 2011) heel goed is gegaan. “Het is heel goed ontvangen. We zijn eerst naar onze bestaande klantenkring gegaan. Maar ook zijn onze verkopers op zoek gegaan naar nieuwe winkeliers. En we zijn benaderd door mensen die het graag willen gaan verkopen. Het staat natuurlijk nog echt in de kinderschoenen. Al hebben de mensen die KIK-KID kennen er wel vertrouwen in.” Els van Hartingsveldt van Luba in Amsterdam heeft IS.IS ingekocht. “Ik heb IS.IS ingekocht omdat ik KIK-KID al heel lang ken en het een leuk merk vind”, vertelt Van Hartingsveldt. “En we houden van jurken in leuke prints en kleuren, dus vandaar.”

Grovenstein hoopt dat de weg die ze met KIK-KID heeft bewandeld ook voor IS.IS is weggelegd. Het succes van KIK-KID ging overigens niet allemaal vanzelf. De eerste tien jaar werkte ze helemaal alleen aan het label. “Ik naaide alles zelf. Toen het te veel werd, kreeg ik hulp van freelance naaisters. Het was ploeteren, ook omdat ik in het begin nog andere opdrachten ernaast deed.” Grovenstein: “Dat is mijn manier van met dingen omgaan.” Nu kan ze goed van KIK-KID leven. En met haar nog zes dames, die bij haar bedrijf in dienst zijn. Daarbij zijn er nog de agenten in onder andere België, Spanje, Frankrijk en Denemarken, niet te vergeten. Maar IS.IS, dat is nog heel nieuw. “We halen modellen uit de kindercollectie en willen daar een damesuitvoering van maken.” Nu zijn de prints en stoffen voor beide labels nog identiek, en vormt Grovenstein de kleine jurkjes om naar een iets vrouwelijker silhouet. Maar dat zal niet zo blijven. Uiteindelijk moeten KIK-KID en IS.IS los komen te staan van elkaar. Het is de bedoeling dat IS.IS op den duur een heel eigen collectie wordt met eigen stoffen en stijlen. Dat is niet moeilijk, want zoals Grovenstein het zegt: “Ik ben KIK-KID, maar ik ben óók IS.IS.” Echter, kinderkleding is wel iets heel anders dan dameskleding. “Zowel het lijf als de bewegingen van een vrouw zijn nieuw voor me. Daar zal ik me in moeten gaan verdiepen de komende tijd. IS.IS gaat zich precies zo ontwikkelen als KIK-KID de afgelopen vijftien jaar. Maar dan sneller.”

Dit artikel is gepubliceerd in FashionUnited vakblad nummer 1 van 2011