Nog veel mis in fabrieken in Bangladesh
bezig met laden...
De kledingfabrieken in Bangladesh zijn nog altijd onveilig en gevaarlijk. Dat meldt organisatie Accord, die inspectie deed bij
1106 fabrieken in het Aziatische land. Geen enkele fabriek was helemaal in orde.Er kwamen meer dan 80.000 gebreken naar voren, variërend van versperringen van nooduitgangen tot instortingsgevaar. Bij zeventien fabrieken was het gevaar op instorten zo groot, dat inspecteurs hebben aangedrongen op ontruimen, wat ook is gebeurd. Bij 400 fabrieken is al een verbeterplan opgesteld, zegt Accord.
“In enkele gevallen konden fabrieken snel hun productie hervatten”, laat directeur Alan Roberts van Accord aan Trouw weten. “We zagen bijvoorbeeld een gebouw dat vijf verdiepingen zou moeten hebben. Het waren er acht. Dat is precies de oorzaak van de ramp met Rana Plazafabriek.”
De kledingindustrie in Bangladesh heeft een omzet van 17,3 miljard euro per jaar, maar wordt gekenmerkt door ongelukken en onveilige werkomstandigheden. In april 2013 kwamen er bij het instorten van de Rana Plazafabriek meer dan 1130 mensen om het leven. In reactie op de ramp heeft de internationale kledingbranche een akkoord getekend, dat kledingmerken en –winkels verplicht om omstandigheden van Bengaalse kledingarbeiders te verbeteren. Het akkoord is onder andere getekend door De Bijenkorf, Coolcat, Hema, G-Star en Etam Group.