• Home
  • V1
  • Leads
  • 'Als je het lef hebt, heb je de halve wereld'

'Als je het lef hebt, heb je de halve wereld'

Door FashionUnited

bezig met laden...

Scroll down to read more
Leads

Het is niet makkelijk om als startende modeontwerper je label bekendheid te geven. Zeker niet wanneer je het helemaal zelf doet. Toch bestaan ze: succesvolle, self made ontwerpers. Deel 4: Anne de Grijff (31).


Fashion United: Je studeerde in 2003 af aan het Amsterdam Fashion Institute, richting design. Na vijf jaar als freelancer voor verschillende opdrachtgevers te hebben gewerkt, ben je in 2008 voor jezelf begonnen. Waarom?

Anne de Grijff: Het is voor velen een droom om voor zichzelf te beginnen. Om werk met passie en overgave te doen zodat je er echt iets van jezelf in kwijt kan. Werken in opdracht blijft een ander verhaal. Je moet je inleven in de klant van dat merk. Ik had het idee dat alleen aan opdrachten werken mij niet genoeg kon bieden. Het is belangrijker om iets te doen waar je gelukkig van wordt, dan om alleen maar geld te verdienen. Ik werk graag met mensen samen waar ik mee kan lezen en schrijven. Stagiaires, freelance coupeuses, patroonmaaksters, financiële mensen. Mensen waar ik iets bijzonders in zie en waar ik wat van kan leren. Je kunt een collectie nooit alleen opzetten.

FU: Toch lukt het veel jonge ontwerpers niet om een sterk merk op te zetten. Hoe heb jij dat gedaan?

AdG: Mijn voorkeur ging uit naar een select groepje winkels in Nederland. Zij zijn uiteindelijk de mensen die jouw product vertegenwoordigen. Hier komt een bepaald gevoel bij kijken. Ze kopen ook vaak op gevoel in. De winkel moet wat in de collectie zien, de intentie en het gevoel begrijpen, en alleen dan kunnen ze dit overdragen aan hun klanten.

FU: Je richt je voor wat betreft de winkels waar jouw label te koop is niet alleen op Nederland. Waarom wil je nu al naar het buitenland?

AdG: De winkels waar ik nu lig verkopen high-end collecties en mijn collectie is dat ook. Ik kan en wil dus ook niet op meerdere plekken per stad liggen. De groep winkels die dan overblijft is niet erg groot. Ik zal dus eerder naar het buitenland moeten gaan om de verkooppunten uit breiden wat ook een extra uitdaging meebrengt. Daarnaast is de keuze voor een beurs of showroom in het buitenland ook logischer. De winkels reizen vaak voor inkoop naar het buitenland. Je kunt de afspraak dus net zo goed daar plannen.

FU: Stel dat je het aantal verkooppunten uit kunt breiden, kun je dat productietechnisch wel aan? En waar produceer je?

AdG: Ja, ik produceer nu alles in een naaiatelier in Nederland. Als de productie zich uit gaat breiden, zal ik deze natuurlijk (deels) moeten verhuizen naar het buitenland. Er zal dan iemand moeten zijn die de productie daar controleert, of ik zal er zelf naartoe moeten gaan. Ik maak proefmodellen en patronen in de ontwikkelingsfase, samen met mijn coupeuse en patroonmaakster. Het kledingstuk krijgt hierdoor vorm en gevoel, en blijft dicht bij mijzelf. Maar voor wat betreft de uiteindelijke productie ben ik er heilig van overtuigd dat dit uitbesteed moet worden. Het is een vak apart om een kledingstuk perfect te verwerken en kwaliteit staat bij mij voorop, zeker op het moment dat een collectie aan winkels wordt geleverd.

FU:  Kun je er van leven?

AdG: Ja, net. Maar wel in combinatie met de opdrachten die ik doe voor Mart Visser, Claudia Sträter en Mexx. Je moet wel bereid zijn om bijna zeven dagen per week te werken.

FU: Je laatste, derde, collectie (A/W 2011) heb je samengewerkt met fotograaf Sandor Lubbe, waarvan je portretten zag bij galerie Steltman in Amsterdam.

AdG: Dat klopt, zijn sombere, mystieke composities van vrouwen hebben iets puurs. Het is een betoverende werkelijkheid die toch heel wat aan de verbeelding overlaat. Zijn sobere kleurgebruik versterkt de stemming. Dat was een volmaakt decor voor mijn collectie.

FU: Kun je iets vertellen over je werkwijze?

AdG: Ik zie kledingstukken in een lijn, een lijn die ik graag opnieuw wil verdelen en wil onderbreken. Van tevoren weet ik niet exact welke richting deze uit zal wijzen, maar door te derangeren ontstaan onverwachte verlopen en vormen. Dat onvoorziene is voor mij het meest aantrekkelijk.

FU: Heb je tips voor mensen die een eigen label willen?

AdG: Ik kan heel veel opnoemen, maar het komt er eigenlijk gewoon op neer dat je het moet doen. Als je het lef hebt, heb je de halve wereld.

FU: Hoe zie je je toekomst voor je?

AdG: Ik wil graag altijd aan mijn collectie blijven werken. Mijn grootste geluk haal ik uit alles wat ik ontwerp. Het proces gaat namelijk gepaard met een hoop tijd en emoties. Ik heb geen ambitie om uit te groeien tot een enorm groot bedrijf, omdat je dan mogelijk het contact met je collectie en de mensen verliest. Ik wil blijven creeeren en mijn label voortzetten zoals het nu gaat, groeien zonder overzicht te verliezen en met een positief vooruitzicht op meer / grote naamsbekendheid en daarmee een eigen groep volgers.

Anne de Grijff studeerde in 2003 af aan het Amsterdam Fashion Institute (AMFI). Ze liep stage bij Alexander van Slobbe en G+N. Sinds 2003 werkt de ontwerpster onder de naam degrijff I design voor verschillende opdrachtgevers als Mart Visser, Claudia Sträter en Mexx en ze doceerde op mode- en stylingacademie Artemis. In 2008 startte De Grijff haar collectie onder eigen naam. Collectie Anne de Grijff A/W 2010-11 is verkrijgbaar bij Arnhem Coming Soon, Cobra, Den Bosch, Nen Xavier, Rotterdam en bij Kabinet in Amsterdam. “Daar wordt door Ferry van der Nat in augustus mijn hele collectie gepresenteerd aan een groep genodigden”

Dit is deel 4 van een serie over self made ontwerpers

Anne de Grijff
selfmadeserie