House of Denim start met praktijkgerichte Jean School

In september moeten de eerste lessen plaatsvinden van de nieuwe Jean School, onderdeel van House of Denim, het project van James Veenhoff. Met zijn school – volgens eigen zeggen de eerste opleiding die zich richt op jeans wereldwijd

– wil Veenhoff ervoor zorgen dat er iets verandert aan de manier waarop de denimwereld nu functioneert. De officiële lancering vindt plaats in januari op de modeweek. FashionUnited vraagt hem vast hoe het nu met de plannen staat.

Begin

dit jaar liep er al een pilot van de Nederlandse denimschool, in samenwerking met het ROC in Amsterdam. In tien weken tijd kregen studenten alle facetten van de jeansbusiness mee. Volgens Veenhoff, partner bij Fronteer Strategy, een adviesbureau voor innovatie, co-creatie en merkontwikkeling en tevens de stichter van de Amsterdam International Fashion Week (AIFW), verliep het fenomenaal. “Zowel bedrijven als studenten waren enthousiast.”

Nu is het tijd voor een vervolg. Vanaf september willen House of Denim en het ROC in Amsterdam studenten een driejarige opleiding aanbieden in een nieuw gebouw aan de kop van de Amsterdamse Zuidas; een praktijkgerichte opleiding met onder andere gastcollege’s van modebedrijven. Veenhoff heeft contact met bedrijven als Denham, Hilfiger en Levi’s, die mogelijk voor lessen of stageplaatsen kunnen zorgen. Het begint met één klas, van zo’n vijfentwintig studenten. “Hopelijk met een strenge selectie, zodat de leerlingen extra gemotiveerd zijn,” zegt Veenhoff.

“Hoe de opleiding er precies uit gaat zien weten we nog niet, we zijn momenteel bezig met het studieprogramma,” vertelt Veenhoff. “Rond de Kerst hopen we daar een definitief ‘ja’ op te horen van het ROC. Veenhoff zelf heeft al wel een idee over de inhoud van de lessen. “Mijn idee is dat er drie richtingen zullen zijn. Een richting die gespecialiseerd is in inkoop en productie, omdat daar echt enorm veel banen in zijn in Nederland. Een richting in ontwikkeling, ontwerp en maken, zodat studenten de productie bijvoorbeeld kunnen aansturen en een studierichting over verkoop en marketing. Die laatste studenten weten dan bijvoorbeeld alles over het proces van showrooms, agenten en vakbeurzen.”

De opleiding is niet de enige droom voor Veenhoff. “Ik maak er geen geheim van dat ik ook graag een Hbo-opleiding zou willen over denim, maar ik heb me eerst geconcentreerd op het Mbo-onderwijs.” Verder wil Veenhoff graag een korte opleiding voor mensen die al werkzaam zijn in de mode, een kenniscentrum en archief met museumfunctie. “Aan plannen hebben we allesbehalve gebrek,” lacht hij. Het archief annex museum komt er wellicht in 2015. “Dan komt er een heel mooi, industrieel pand vrij. Maar we denken ook na over de Amsterdamse binnenstad.”

De initiatiefnemer van het House of Denim-project, waar alle onderdelen als opleidingen en het kenniscentrum onder vallen, wil vooral het MKB en het Mbo dichter bij elkaar brengen. Nu is die kloof volgens Veenhoff te groot. Eerder liet Veenhoff al weten de denimwereld te willen veranderen. Volgens hem kan denim duurzamer en dreigt kostbare kennis over de productie van hoogwaardige denim uit Nederland te verdwijnen.