Kleding mogelijk oorzaak van allergie

Chemische stoffen in kleding zijn een belangrijke veroorzaker van huidallergie. Dat blijkt uit onderzoek van het RIVM in opdracht van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA). In verhouding tot andere allergische aandoeningen -zoals astma, hooikoorts en voedselallergie- kent

Nederland relatief veel mensen met een huidallergie. Een groot deel van deze allergieën ontstaat door de blootstelling aan allergene stoffen die in consumentenproducten, zoals kleding, zitten.

De grootste veroorzakers van huidallergieën zijn nikkel en geurstoffen. Uit het onderzoek blijkt dat deze chemische producten ook worden gebruikt in kleding en textiel. Het gaat daarbij vooral om nikkel en kobalt, stoffen die gebruikt worden voor kleding in de vorm van bijvoorbeeld ritsen en drukknopen. Maar ook geurstoffen die voorkomen in textiel -zoals isothiazolinonen die in lederen kleding kunnen zitten- of kleurstoffen in textiel, zoals onder meer p-phenylene diamine. Tot slot kan ook formaldehyde (hars) in "wash- and wear"-textiel schadelijk zijn.

In hoeveel kleding deze stoffen aanwezig zijn, is nog niet precies vastgesteld, vertelt onderzoekster Susan Wijnhoven van het RIVM. “Voor allergene stoffen in textiel hebben we helaas niet kunnen vinden hoeveel er wordt gebruikt in kleding. Tevens is niets bekend over hoeveel kleding deze stoffen bevat. Marktonderzoeken die zijn uitgevoerd beperken zich tot de geurstoffen en metalen in cosmetica, schoonmaakmiddelen, speelgoed en luchtverfrissers.” Wel bevat het rapport gegevens over Duitsland. Volgens het rapport werd in 2006 tussen de 1 à 2 procent van huidallergieën in Duitsland veroorzaakt door textiel.

Allergische aandoeningen behoren tot de meest voorkomende chronische ziekten in Europa. In vergelijking met astma (3-5 procent), hooikoorts (1,5-3 procent) en voedselallergie (1-3 procent) komt huidallergie (contact dermatitis) in Nederland relatief vaak voor. Zo'n 3,7 procent van de Nederlandse mannen en 5,4 procent van de vrouwen heeft huidallergie. Het RIVM is in opdracht van de VWA een meerjarig onderzoeksprogramma gestart om de kennis over producten en ingrediënten uit te bouwen. Op dit moment kunnen in de meeste gevallen nog geen veilige concentratiegrenzen worden aangegeven waaronder allergene stoffen geen reacties veroorzaken, zoals is vastgesteld in de wet- en regelgeving.