Verdwijning Duitse Arcandor dreigt
bezig met laden...
Twee goede en succesvolle ideeën stonden aan de wieg van het Arcandor-concern: aan de ene kant was er Rudolph Karstadt, die al in 1881 het idee had een warenhuis te openen waar alles wat voor het dagelijks gebruik nodig was, onder één dak te koop zou zijn, voor blijvend lage prijzen. Aan de andere kant speelde een zekere heer Schickedanz een grote rol in het Arcandor-verhaal. Hij richtte in 1927 postorderbedrijf Quelle op, waardoor hij de eerste handelaar in Duitsland was, die zijn klanten goederen uit een catalogus aan huis leverde.
Beide ondernemingen boekten succes en groeiden snel. Vooral na de Tweede Wereldoorlog en gedurende de periode van economisch herstel in de jaren 50 ontwikkelden Karstadt en Quelle zich tot synoniemen voor de bloeiende Duitse economie. In 1977 werd Karstadt met een omzet van bijna 11 miljard D-mark de grootste handelsonderneming van Duitsland. In 1999 maakten Karstadt en Quelle bekend dat ze samen zouden gaan als KarstadtQuelle AG, het grootste handelsconcern van het land met 116.000 werknemers en een jaaromzet van 32 miljard euro.
Maar het prestigeproject werd allesbehalve een succesverhaal. Al vlak na de fusie kondigde de onderneming aan te willen gaan bezuinigen en 7.000 medewerkers te ontslaan, maar tevens textiellabel SinnLeffers aan te kopen. Het begin van wat in Duitsland nu als grootheidswaan wordt gezien, die de onderneming krap tien jaar later de kop zou kosten.
Vanaf 2002 liet KarstadtQuelle AG forse verliezen zien. Wisselingen in het bestuur volgden op het betreden van de markten in Oost-Europa en andere opkomende gebieden, terwijl de organisatie en de strategie van de onderneming zich steeds verder verwijderden van de eisen van de markt. Een groot maar karakterloos assortiment aan doorsnee-mode kenmerkte het gezicht van Karstadt-Häuser, toen shopping-centers, monolabel- en flagship-stores van de grote merken de stadscentra een heel andere aanblik gaven. Het gevolg: klanten van Karstadt liepen weg. Al in 2004 kwam men daardoor in ernstige financiële problemen, zodat 77 vestigingen door het hele land gesloten moesten worden.
Na een korte opleving in 2006, toen KarstadtQuelle weer bijna 350 miljoen euro winst maakte, besloot de leiding van het bedrijf tot een naamsverandering. KarstadtQuelle veranderde in Arcandor. Vervolgens volgde de ene ramp de andere op. Directeur Thomas Middelhoff zette in op het shareholder-value-principe en hield zich voornamelijk bezig met de dividenden van de aandeelhouders. Daarna waren steeds vaker de woorden "sanering" en "herstructurering" te horen. De verplichtingen van Arcandor AG bedroegen in 2008 al rond de 1,5 miljard euro en enige aflopende kredieten dreigden niet meer verlengd te worden. Al snel werd in de hoofdvestiging van de onderneming in Essen niet meer over herstructurering gepraat, maar over een reddingspoging. De voormalig financieel directeur van telefoononderneming Telekom, Karl-Gerhard Eick, kreeg begin dit jaar als opvolger van Middelhoff de opdracht Arcandor uit de rode cijfers te krijgen.
Eick kwam er al snel achter dat het concern een totale schuld van 2,6 miljard euro had, waarvan een groot deel in juni 2009 afgelost diende te worden. Bovendien daalde de omzet bij Karstadt en Quelle snel. Er werden verschillende pogingen gedaan om nieuw geld in het laatje te krijgen. Grootaandeelhouder Sal. Oppenheim wilde echter geen kapitaalverhoging toepassen, en ook de Duitse regering weigerde een verzoek om staatshulp. Het gevolg: Arcandor moest op 9 juni 2009 surséance van betaling aanvragen.
Slechts drie dagen later opende het openbaar ministerie van Essen een procedure wegens bedrog tegen ex-manager Thomas Middelhoff.