CIFF breidt uit met Sport en lanceert C+ voor duurzame innovaties
bezig met laden...
Kopenhagen - Kopenhagen staat twee weken per jaar volledig in het teken van de mode. In ieder geval als het aankomt op modeweken en modebeurzen, want bij modeminnende klanten staat Kopenhagen toch wel hoog op de lijst van modieuze steden. Afgelopen week stroomde de stad dan ook weer vol met inkopers, sales vertegenwoordigers, influencers en alles daar tussen in. Gelijktijdig met Copenhagen Fashion Week en modebeurs Revolver vindt ook modebeurzen CIFF en CIFF Youth plaats. Op uitnodiging van de organisatie bracht FashionUnited een bezoek.
Wie nog nooit een bezoek aan CIFF (Copenhagen International Fashion Fair) heeft gebracht kan overweldigd én verdwaald raken op de eerste dag van hun bezoek. De beurs, of beter gezegd, het evenement, kent meerdere verdiepingen, hallen en speciale gebieden. Een fysieke plattegrond is niet beschikbaar, want CIFF is een aantal jaar geleden overgestapt naar de duurzamere optie om namelijk alleen online de plattegrond aan te bieden. Voor degene die een eerste bezoek plant, wees hier bewust van. Überhaupt is duurzaamheid een groot speerpunt onder de bezoekers en standhouders van de beurs, maar er is nog veel meer gaande op de beursvloer.
Een week voordat CIFF plaatsvindt wordt door de Dansk Mode & Textil, de Deense brancheorganisatie, bekendgemaakt dat de omzet van de Deense textielindustrie voor het eerst is gedaald in vergelijking met een jaar eerder. Deze daling is vooral te danken aan een afname aan omzet van fysieke winkels, maar ook de export, waar Denemarken al jaren op leunt, is afgenomen. De handel met Duitsland, de grootste afzetmarkt, daalde met 6,8 procent en de handel met Nederland daalde met 12,6 procent, zo blijkt uit de cijfers. Tel daarbij op dat bijna elke modebeurs in het landschap bezig is met de vraag ‘En hoe nu verder?’ en een bezoek aan CIFF krijgt nog eens extra lading.
CIFF voegt Sporting-segment toe aan beursvloer
De beurs kent de segmenten Stylesetters, Raven, Urban, Sporting, Future Classics en Lab. Daarnaast is aangrenzend ook nog een CIFF Youth paviljoen te vinden. Wie al vaker een bezoek heeft gebracht aan CIFF valt wellicht op dat Sporting een nieuw segment op het programma is. Tijdens de press tour die wordt gegeven aan de internationale pers wordt vertelt dat de Sporting area nu een ‘soft launch’ heeft. Aankomende zomer moet dit segment weer veel verder worden uitgerold. Het nieuwe segment is een van de manieren waarop CIFF wil blijven vernieuwen. “De oorspronkelijke manier van modebeurzen is stervende. Modebeurs is bovendien geen sexy woord,” zo klinkt het tijdens de tour.
Dat mode en sport al langer samen gaan, dat is inmiddels wel duidelijk in de modewereld. De merken die in de Sporting-sectie staan spelen dan ook in op het mode-aspect van sportkleding. Zo is er bijvoorbeeld het merk Petra van de Italiaanse Pietro Boselli. Model, ingenieur en dus eigenaar van dit modemerk. Het merk profileert zich als fashion merk, maar daaronder gaat een laag van duurzaamheid en technische kwaliteiten schuil. Een paar stappen verder op staat I.Toreheim van Irene Toreheim. Als het gaat om nieuwe merken dan is I.Toreheim spiksplinternieuw. Het merk is afgelopen najaar gelanceerd en CIFF is de allereerste beurs waar het bedrijf staat. Op dit moment heeft het een eigen webshop en is de collectie yoga-kleding beschikbaar bij twee fysieke winkels. De eigenaar en ontwerper vertelt dat yogakleding vaak heel kleurrijk is en onthullend, maar dat dit niet bij iedereen past. Daar springt het merk op in met de zachtste stoffen en items die echt goed op hun plek blijven zitten.
CIFF wordt international, duurzamer en sportiever
De beursvloer weerkaatst meerdere talen. Van Frans en Italiaans, tot Zweeds, Engels en Nederlands. De beursorganisatie geeft aan dat CIFF voorheen erg gericht was op Scandinavië maar dat het nu heel belangrijk is uit te groeien tot een internationaal platform. Bij het segment Raven komt dit het meest naar voren, een gecureerde selectie van menswear. Het segment zelf is niet nieuw, dit werd vier jaar geleden opgericht, maar in het segment zijn diverse hippe merken te vinden uit het buitenland. Het internationale aspect komt volgens de organisatie in Raven het beste naar voren.
In het segment Urban, bij het Deense merk Woodbird, actief in zowel Nederland als Zweden, Zwitserland, Duitsland en sinds kort Italië, wordt verteld dat het merk zich voornamelijk focust op de internationale markten. Met zo’n 60 verkooppunten in Denemarken is de markt naar hun idee verzadigd. Zo is het merk goed vertegenwoordigd maar nog steeds exclusief. “We zouden bijvoorbeeld 100 verkooppunten in Denemarken kunnen hebben, maar we zijn selectief. We gaan voor langdurige partnerschappen, niet voor maar één of twee seizoenen.” Woodbird staat al zo’n vijf jaar op CIFF en ziet de beurs veranderen. “Het ligt aan jezelf of het een goede beurs is of niet. Je moet zelf er werk van maken en mensen jouw stand binnen halen met je product en stand.”
Nederlands merk In Gold We Trust is voor het eerst aanwezig op CIFF. “Voor ons zijn er twee beurzen relevant Seek Berlin en CIFF.” Het merk heeft meerdere nieuwe winkels binnengehaald. “Ook een retailer waar we al vaker contact mee hadden gehad, maar waarvoor het lastig was om naar onze showroom te komen. Nu was hij toevallig al hier en heeft hij een order geschreven.” Het merk geeft aan dat retailers een merk vaak een paar keer moeten tegenkomen, op een beurs of online, voordat ze een order plaatsen. Aanwezigheid op een beurs is als het ware een voorzichtige eerste ontmoeting.
CIFF lanceert in samenwerking met Copenhagen Fashion Summit nieuw segment voor duurzame innovatie
Zoals elk jaar is er ook een ruimte voor ‘Special Projects’, gecureerd door Stavros Karelis. Wat een nieuwe twist is, is dat dit segment open is voor het algemene publiek. Niet alleen bezoekers van de beurs mogen hier naar binnen, maar ook de consument. Partner voor deze editie is denimmerk Lee. De installatie heet dan ook A.R.T.. ‘Alter Repair Transform’. Het laat diverse initiatieven zien die oude kledingstukken of overstock gebruiken en deze ‘aanpassen, repareren of transformeren’. De installatie in samenwerking met Lee is opgezet om vooral het gesprek aan te gaan met de consument. Door de ruimte heen liggen diverse bergen met jeans en stoffen die door bezoekers gebruikt kunnen worden om te transformeren in een item. Zo zijn er veel aanvragen van de bezoekers om stof om te toveren tot buckethats, zo vertelt een van de medewerkers van Lee die achter een van de naaimachines staat.
“Als we afval blijven zien als iets dat verschrikkelijk en niet te gebruiken is, gaan we niemand zijn mening veranderen,” vertelt Orsola de Castro, oprichter van Fashion Revolution en adviseur van het A.R.T. project, tijdens de press tour. “We willen iedereen inspireren, voor kleine verandering of grote. We moeten experimenteren verwelkomen. Dit kan zo klein zijn als het repareren van kledingstukken tot experimentatie met deadstock en binnen CIFF.” Modeontwerpers Duran Lantink en Bethany Williams, die vaker werken met deadstock, presenteerden een kunstinstallatie die tijdens CIFF te zien was.