• Home
  • Nieuws
  • Mensen
  • Jurgi Persoons: “We leggen de lat hoog op KABK”

Jurgi Persoons: “We leggen de lat hoog op KABK”

Door Anne Buis

bezig met laden...

Scroll down to read more

Mensen |INTERVIEW

Sinds 2,5 jaar is de Belgische ontwerper Jurgi Persoons hoofddocent op de opleiding Textiel en Mode van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Den Haag (KABK). Hij gaf eerder les in Chicago en Berlijn. Hoe is het om leiding te geven aan een modeopleiding? FashionUnited sprak met Persoons over de koers van de Haagse mode-academie en het niveau van de studenten.

Wat is de visie van de KABK?

“De Textiel Academie in Den Haag is een hele klassieke en degelijke opleiding. Het is een hele intense studie, met veel aandacht besteed voor metier, technisch kant, moulage, tekenen, patronen en beeldvorming. Ik ben ervan overtuigd dat het studenten klaar stoomt om verdere innovaties aan te gaan. Het is gericht op alle essentiële dingen die een mode- of textielontwerper moet kunnen, om daar vervolgens een eigen identiteit mee te ontwikkelen.”

Het niveau van de academie lijkt steeds hoger te worden. Waar is je ambitie daarin?

“We leggen de lat heel hoog. Ik wil dat de studenten zo goed mogelijk voorbereid zijn op het complexe en ingewikkelde werkveld in de mode. Hoe hoger hun niveau, persoonlijke ontwikkeling en hun identiteit als ontwerper, des te sterker zullen zij staan in de toekomst. We vragen veel van de studenten. Ze moeten goed voor bereid zijn op de zware en moeilijke markt waar ze op komen. Het gaat in de mode over wie het sterkste is. Wij proberen studenten af te leveren die klaargestoomd voor topfuncties, en die allerlei aspecten aankunnen die bij 'werken in de mode' komen kijken.”

Hoe zit het onderwijsprogramma precies in elkaar?

“Het onderwijsprogramma is 13 jaar geleden herschreven, naar voorbeeld van de Antwerpse Academie. Dit houdt in dat we starten met een experimenteel jaar, waarin vorm, materiaal en expressie centraal staan. In het tweede jaar focussen we op historisch onderzoek. Studenten maken dan een historisch kostuum na dat zij zelf mogen kiezen. In het derde jaar maken ze dan een replica van een etnisch kostuum. Zowel de historische als de etnische replica die ze maken ligt aan de basis van hun eindexamencollectie. Het is een soort inspiratiebron, want research en onderzoek zijn ook heel belangrijk om je verder te ontwikkelen. We trekken de ontwerpen naar sociaal maatschappelijke, economische en politieke thema’s, die in onze huidige maatschappij belangrijk zijn. ”

Hoe is de opleiding in de afgelopen jaren veranderd?

“Het niveau is enorm gestegen. Er wordt heel hard gewerkt door de docenten en je ziet dat studenten afstuderen met steeds betere collecties. Het team van docenten is ambitieus, gedreven en heeft tevens veel geduld. Een opleiding kan echter enkel goed zijn als er ook goede studenten zijn; een goed team docenten is natuurlijk niet genoeg. En het niveau van studenten trekt natuurlijk ook weer een nieuwe groep studenten aan. Ik denk dat Den Haag de laatste jaren ontzettend goed bezig is.”

Heb je veel wijzigingen doorgevoerd in het docententeam?

“Er zitten een aantal docenten in die al heel lang aan de academie verbonden zijn, verder is het team aangevuld met nieuwe docenten. Het is nu een heel goed team, de match is goed. Het is een goede combinatie tussen Nederlandse en Belgische ontwerpers. Dat verrijkt het onderwijs ook.”

Denk je dat de invloed van de academie is veranderd doordat er een Belg aan het hoofd staat?

“Nee, het gaat vooral over gedrevenheid, ambitie en passie om dingen uit te voeren. Mode is een internationaal fenomeen. Of ik nou Belg of Nederlander ben, maakt helemaal geen verschil.”

”“Een goed team docenten is niet genoeg”

Jurgi Persoons, Hoofddocent afdeling Textiel en Mode van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Den Haag

Tot 2003 had je je eigen label. Sinds 5 jaar ben je docent aan de KABK, en de laatste 2,5 jaar ook het hoofd van de opleiding. Welke kennis heb je uit eigen achtergrond meegenomen?

“Je begint les te geven vanuit eigen ervaring als ontwerper. Wij hebben als docenten een dienende rol ten opzichte van de studenten. We moeten ze uitleggen wat goed gaat en wat niet goed gaat, waarom dat zo is en hoe het beter kan. Iedere docent die bij ons werkt heeft een persoonlijke manier, vanuit de ontwerpkant of juist vanuit een technisch vak.”

Wat is jouw belangrijkste les?

“Durven. Niet bang zijn en gewoon durven doen. Van fouten maken leer je ook enorm veel. Je moet ermee aan de slag gaan en open staan voor alles wat er gebeurt. Denk verder dan de gemeenschap en anderen. Durf een alternatief te bieden voor wat er al bestaat; dat is ook een verantwoordelijkheid van de academie.”

Wat valt je op aan de studenten die dit jaar zijn afgestudeerd?

“We hebben nu een generatie die heel geëngageerd is en een mening heeft over actuele thema’s en deze ook niet uit de weg gaan. Ze durven hun mening ook in vorm om te zetten, dat vind ik heel moedig. De collectie van Woody ‘s-Gravenmade ging over hoe bepaalde identiteiten zich inkleden in de Nederlandse cultuur. Je ziet iemand die de situatie op de Noordpool als uitgangspunt nam, een ander ging met isolatiemateriaal aan de slag (Sarah Lauwaert, red.).” Licht toe: “Het wordt interessant als het een verhaal vertelt. Studenten moeten een standpunt durven innemen. Wie geen uitspraken doet, is niet altijd interessant in de mode.”

De afgelopen jaren (2014 en 2015, red.) werd Lichting twee keer op rij gewonnen door een Haagse student. Wat is het geheim?

Lacht: “Ik weet het niet. Ik denk dat het niveau van onze studenten gewoon goed is. Het is enorm motiverend voor hen. Tevens een bewijs dat we de goede kant op gaan. Het is een erkenning en herkenning.”

”Een opleiding kan alleen goed zijn als er ook goede studenten zijn”

Jurgi Persoons, Hoofddocent afdeling Textiel en Mode van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Den Haag

Er komen ook steeds meer buitenlandse studenten naar de academie...

“We zien een sterke ontwikkeling in het aantal buitenlandse studenten en dat vind ik het fantastisch. Zeker 30 tot 40 procent van de studenten komt uit het buitenland. Zij zoeken naar academies in het buitenland en ze vinden ons. De culturele bagage die deze studenten meebrengen is voor alle studenten zo verrijkend. Studenten gaan op de opleiding met elkaar in gesprek gaan over bagage die ze hebben meegenomen. De synergie tussen culturen, ermee aan de slag gaan en iets nieuws creëren; dat is ontzettend interessant.”

Hoe merk je die synergie op de opleiding?

“We hebben bijvoorbeeld studenten uit Zuid-Korea en China. Ze brengen hun kijk en esthetiek mee; materialen en tradities die voor ons soms vreemd ogen. Buitenlands studenten komen ook in contact met Westerse culturen, en dat maakt het ook heel boeiend.”

Is er een typische Haagse modestudent?

“Studenten kiezen heel bewust naar welke academie in Nederland ze willen gaan. De een kiest heel bewust voor de Rietveld Academie, en weet ook waarom. Dat geldt ook voor Den Haag; we hebben veel studenten uit de stad zelf en uit het buitenland. Ze komen voor het soort opleiding dat wij aanbieden. Anders reis je ook niet van Zuid-Korea naar Den Haag.”

Hoe zie je de toekomst van de KABK en de invloed van de academie op het modelandschap?

“Als ik kijk naar de studenten van het eerste, tweede en derde jaar ben ik heel verrast over de hoeveelheid talent die eraan komt. Zij zijn verzekering van de toekomst van de academie in Den Haag. De toekomst kunnen we met een gerust hart tegemoet treden.”

Wat valt er nog te verbeteren aan de opleiding?

“Er zijn altijd punten waar je aan kan werken, je mag nooit achterover leunen. Dat is in elk onderwijsprogramma zo. Het programma is iets dynamisch, altijd in ontwikkeling.” Hij vervolgt: “In Den Haag is er al veel gebeurd in de afgelopen 2,5 jaar. Een team heeft tijd nodig om te pieken en kennis uit te dragen, en het vraagt ook geduld omdat studenten het moeten oppikken. Ik ben eigenlijk verrast dat het vrij snel gaat, dat had ik niet durven dromen."

Wat is het leukste aan leiding geven aan de mode-opleiding?

“Met een ploeg enthousiaste docenten en studenten te werken. Je ziet dingen gebeuren en tot stand komen, studenten die zich ontwikkelen en verder gaan dan ze ooit hadden gedacht. Dat is het leuke aan het onderwijs; het geeft enorm veel voldoening. Voor mij is het een intense baan, de uren kan je niet tellen, maar als je het niet met plezier doet hou je het ook niet vol. Ik denk nog lang niet aan stoppen.”

De Belgische modeontwerper Jurgi Persoons studeerde in de jaren negentig af aan de Antwerpse modeacademie. In 1996 presenteerde hij zijn eerste eigen collectie. Persoons maakte 7 jaar lang collecties, maar stopte in 2003 met zijn label en was lange tijd niet werkzaam in de mode. In 2011 kwam hij terug als docent aan de KABK in Den Haag. Zo’n 2,5 jaar geleden volgde hij Erik Verdonck op als hoofddocent.

De mode-opleiding van de KABK bestaat uit twee richtingen: mode en textiel. Er zijn zo’n 60 studenten op de twee opleidingen, die worden begeleid door 25 docenten, onder wie Persoon’s oud-medestudenten Peter de Potter, Jan-Jan van Essche en Bob Verhelst. De textielopleiding is onlangs voorzien van een nieuw onderwijsprogramma en nieuwe docenten, tevens is de mode-opleiding van nieuwe elementen voorzien.

 

In de maand augustus focust FashionUnited op het thema werken in de mode. Voor alle Work in fashion reads, klik hier.

 

Beeld: KABK

 

 

jurgi persoons
KABK
Workinfashion