Duurzaamheid in de modeketen: verder dan stof alleen
bezig met laden...
De mode-industrie bevindt zich in een fundamentele transitie. Jarenlang stond de materiaalkeuze centraal in discussies over duurzaamheid, maar nu groeit het besef dat het vraagstuk veel breder is. Europese regelgeving stelt hoge eisen: in 2030 moet vijftig procent van de gebruikte textielmaterialen recyclebaar zijn en vijfentwintig procent circulair. In werkelijkheid ligt dat percentage momenteel erg veel lager. De kloof tussen ambitie en praktijk dwingt de sector om duurzaamheid in alle schakels van de keten te realiseren, van vezel tot consument.
Voor verder inzicht sprak FashionUnited met Reg Nelemans van het Nederlandse bedrijf FashionPower/EECOFF technology over het gebruik van dope dyeing en koffiedik, het belang van fabrieksbezoeken en audits, en een oproep tot samenwerking.
Materiaalinnovatie als eerste schakel
Wie de keten wil verduurzamen, moet bij de basis beginnen: de grondstof. Het materiaal vormt de eerste schakel, maar niet de enige. De keuze van het garen bepaalt niet alleen de ecologische voetafdruk, maar ook de eigenschappen van het eindproduct. Polyester wordt bijvoorbeeld vaak gebruikt voor sportkleding vanwege zijn lichte, vormvaste en sneldrogende eigenschappen. Katoen biedt comfort en ademend vermogen, maar is niet geschikt voor circulair gebruik. Viscose en modal worden gewaardeerd om hun zachte handfeel en natuurlijke uitstraling maar zijn ook niet circulair, terwijl polyamide stevigheid en elasticiteit toevoegt.
Producenten en ontwerpers zoeken met hun vezelkeuze een balans tussen draagbaarheid, prestaties en duurzaamheid. Volgens Nelemans is polyester het materiaal met het meest circulair potentieel, mits het correct wordt ingezameld en verwerkt. Nelemans benadrukt daarbij dat materiaal slechts het begin is: “De basis is materiaal, daar begin je mee; het moet duurzaam zijn, maar ook circulair.” De uitdaging ligt er volgens hem in om die lijn door te trekken naar de rest van de keten, zodat elke volgende schakel de verantwoordelijkheid draagt om duurzaamheid concreet te maken.
Chemie en energie reduceren
Naast vezelinnovaties verschuift de focus naar productieprocessen. Het vermijden van schadelijke chemicaliën en het reduceren van water- en energieverbruik is cruciaal vanwege de belasting voor het milieu en de gezondheid. Waar vroeger chemische coatings nodig waren om geur of uv-straling te bestrijden, tonen nieuwe technieken aan dat dit ook anders kan.
FashionPower zet in op concrete innovaties die dit drastisch verminderen, zoals het gebruik van dope dyeing, waarbij kleurpigmenten direct in het garen worden verwerkt. Doordat het traditionele verfproces hiermee vervalt, bespaart het bedrijf tot negentig procent water en wordt het gebruik van energie, CO₂ en chemicaliën aanzienlijk (60 procent) teruggebracht, terwijl de kleur constant blijft.
Daarnaast gebruikt FashionPower koffiedik als alternatief voor chemische coatings. Waar vroeger middelen nodig waren om geur te bestrijden of uv-bescherming toe te voegen, bereikt koffiedik hetzelfde effect op een natuurlijke manier. Het afval wordt gecarboniseerd en in het garen verwerkt, waardoor stoffen tot vijfennegentig procent geurreductie, ademend vermogen en uv-bescherming tot UPF 50 krijgen, zonder extra chemische behandelingen.
Langetermijnpartnerschappen
Een duurzame keten vraagt niet alleen om technologie, maar ook om samenwerking. Veel producenten en leveranciers bevinden zich in landen waar duurzaamheidsstandaarden nog niet vanzelfsprekend zijn. Daarom is de keuze van partners cruciaal. Nelemans stelt: “Iedereen wil graag orders, maar bij de transitie is dat nog onduidelijk, dus je moet iemand vinden die het ook ziet.” Bedrijven die inzetten op langdurige relaties en gezamenlijk investeren, bouwen niet alleen vertrouwen op, maar ook veerkracht in de keten.
Sociale verantwoordelijkheid en transparantie
Arbeidsomstandigheden in productielanden blijven een belangrijk en vaak lastig aandachtspunt. Regelmatige fabrieksbezoeken, audits en samenwerking met initiatieven zoals BSCI en amfori helpen misstanden te voorkomen. Toch draait het niet enkel om controlesystemen, maar om realistische prijsafspraken en continuïteit. “Afspraken maken op langere termijn, dat is de oplossing. Weten dat je terugkomt en verder wilt als er goede omstandigheden zijn,” aldus Nelemans. “Je moet ook regelmatig in de fabrieken komen en bespreken wat, waar en wanneer het misgaat of mis kan gaan. De meesten willen leren en stappen maken.”
Een ander onmisbaar element in de transitie is transparantie. Tools zoals TexTracer of BA Wear geven inzicht in herkomst, productieomstandigheden en materiaalstromen. Deze zichtbaarheid wordt steeds vaker door consumenten, merken en retailers geëist. Transparantie fungeert bovendien als een katalysator voor innovatie: wie zijn keten in kaart brengt, ziet sneller waar verbeteringen mogelijk zijn.
Circulariteit als ultieme uitdaging
Het grootste struikelblok ligt bij de zogeheten 'end-of-life' fase. Inzamelingssystemen waren traditioneel gericht op wederverkoopbaarheid, niet op circulariteit. Dat maakt de verwerking van kledingstukken, die vaak uit meerdere materialen bestaan, bijzonder complex. Volgens Nelemans geldt alleen voor polyester dat het volledig opnieuw tot garen kan worden gesmolten. “De inzamelaars hebben altijd uitsluitend gekeken naar wederverkoopbaarheid, nooit geselecteerd op circulariteit. Nu dat wel wordt gevraagd, weten ze eigenlijk niet waar ze moeten beginnen.”
Initiatieven zoals nieuwe recyclingfabrieken zijn hoopvol, maar vereisen aanzienlijke investeringen en een nieuw inzamelmodel. De uitdaging is dus niet alleen technologisch, maar ook organisatorisch en economisch. Daarnaast kan een duurzame modeketen alleen functioneren als de consument ook goed meebeweegt. De keuze voor mono-materialen en het correct inleveren van textiel aan het einde van de levenscyclus zijn essentieel. Nelemans noemt het een 'mission impossible' die alleen mogelijk wordt met brede voorlichting en overheidssteun middels wetgeving. Beleid dat duurzame keuzes aantrekkelijker en vanzelfsprekender maakt, kan de consument de juiste richting opsturen.
Ketendenken als voorwaarde
De route naar een duurzame mode-industrie is complex, gefragmenteerd en vol obstakels. Maar het is ook een route die kansen biedt voor innovatie, samenwerking en nieuwe businessmodellen. Het verhaal van FashionPower illustreert hoe duurzaamheid niet eindigt bij de keuze van een stof, maar doorwerkt in de hele keten: van vezelontwikkeling en productieproces tot partnerkeuze, arbeidsomstandigheden en recycling.
De toekomst van de sector ligt in dat ketendenken. Alleen door duurzaamheid als een rode draad door alle schakels te trekken, kan de mode-industrie de sprong maken van één naar vijftig procent circulariteit en verder.