Consumenten in middelgrote winkelcentra doen niet aan ronddwalen
bezig met laden...
Snel naar een winkel, misschien nog even de straat op en neer en dan weer weg. In middelgrote winkelcentra komt struinend winkelgedrag nauwelijks voor. Terwijl de winkelgebieden wel zo zijn ingericht dat consumenten rondjes kunnen maken. Dat blijkt uit onderzoek van DTNP in samenwerking met de Radboud Universiteit Nijmegen.
De onderzoekers keken naar tien middelgrote stadscentra, waaronder Zutphen, Oss, Gouda en Meppel. In totaal zijn daar ruim 1600 passanten gevraagd naar hun loopgedrag. Zo moesten ze niet alleen vertellen hoe lang ze aan het winkelen waren en met welk vervoermiddel ze waren gekomen, maar moesten ze ook hun looproute tekenen.
De totale loopafstand van bezoekers bleek gemiddeld 640 meter. Consumenten die een gerichte aankoop of boodschappen deden legden gemiddeld 570 meter af, terwijl recreatieve winkelbezoekers ruim 850 meter liepen.
45 procent van de respondenten liep heen en weer in de straat. 25 procent liep een lusje, 15 procent een rondje en slechts 1 procent liep een achtje.
Consumenten struinen niet in middelgrote winkelgebieden
Volgens de onderzoekers kunnen de gegevens gebruikt worden bij het opstellen van beleid voor de toekomstige structuur en opbouw van stadscentra. Het is volgens hen verstandig om terughoudend te zijn met 'ingewikkelde' winkelrouting. Ook moet goed worden nagedacht over het doel van een winkelgebied. Een centrum dat zich hoofdzakelijk richt op dagelijkse en gerichte aankopen vraagt een andere opbouw dan een centrum dat vooral wordt bezocht voor recreatie.