Orderdagen Düsseldorf: Optimisme ondanks prijsstijgingen
bezig met laden...
Düsseldorf - Ondanks de pandemie en de stijgende prijzen is de Duitse mode-industrie tijdens de inkoopdagen in Düsseldorf positief gestemd en veel merken verwachten dit jaar het niveau van voor de crisis te overtreffen.
Ordervolume overstijgt niveau van vóór de crisis
Ondanks de stijgende kosten lijken de meeste merken positief gestemd over het huidige orderseizoen en verwachten een toename van het ordervolume van 2022. Rich & Royal en S.Oliver voorspellen niveaus boven die van vóór de coronacrisis. S.Oliver verkoopt zowel de juni collecties als de outdoor-collectie voor het herfst/winterseizoen.
"De verkoop per item blijft stijgen. Door het unieke karakter van onze collectie en de goede doorverkoop groeit het inkoopvolume in veel landen, waaronder Duitsland en Oostenrijk," aldus Rob Schalker, managing director van het Nederlandse merk ‘A fish Named Fred’.
Aanwezige merken hebben ook vertrouwen in de voororders voor het komende seizoen, die de afgelopen twee jaar als gevolg van de pandemie fors zijn gedaald. "De laatste twee jaar was er een trend van dalende voororders, maar nu zien we een heel ander beeld, we groeien!" zei S.Oliver verkoopdirecteur Daniel Schmidt. De daling was voornamelijk het gevolg van de coronacrisis, zei hij.
‘A fish Named Fred’ wil ongeveer 20 procent van het volume van de voorbestellingen van klanten als voorraad gaan gebruiken om binnen het seizoen ook aan de vraag te kunnen voldoen. Rich & Royal vertrouwt op actief merchandise management in samenwerking met zijn regiopartners, en houdt daarvoor zo’n 15 tot 25 procent voorraad aan, aldus het bedrijf.
Düsseldorf blijft de constante in het Duitse beurzenlandschap
De locatie Düsseldorf blijkt een constante te zijn, terwijl andere beurzen, zoals die in Frankfurt, niet door konden gaan. Vakbeurzen zoals Supreme Men & Women, Fashn Rooms en talrijke showrooms bieden vele inkopers dit seizoen de enige gelegenheid om elkaar fysiek te ontmoeten en te bestellen.
De Supreme Group is tevreden over het evenement in Düsseldorf en blij met de bezettingsgraad die het niveau van vóór de crisis evenaart. "Wij zijn optimistisch over Düsseldorf als vestigingsplaats, omdat de hele showroom-scene het versterkt, vooral in Corona-tijd", zegt een woordvoerster.
De organisatoren van de Düsseldorfse inkoopdagen weten dat zij zich als locatie bewijzen - in tegenstelling tot de beurzen van de grote modeweek van Frankfurt, die werd geannuleerd. "Wij profiteren van het feit dat de mensen zich weer meer bewust worden van Düsseldorf. Dat ze merken dat er in Düsseldorf gewoon gewerkt wordt, dat de showrooms open zijn", aldus Igedo-directeur Ulrike Kähler. Het beursformat van Igedo Company ‘Gallery Fashion’ werd voor het nieuwe beursseizoen omgedoopt tot Fashn Rooms, om met het concept "ruimte voor alle mogelijkheden van creativiteit" te creëren.
Maar ook Düsseldorf is niet helemaal gespaard gebleven door de pandemie. De Fashn Rooms werden gehouden in slechts één van twee grote zalen, omdat tweederde van de merken van vóór Corona ontbrak. Bovendien werd de onlangs geïntegreerde "Core"-bestelshow, die gericht is op fabrieksmerken, uitgesteld tot de zomer. De reden hiervoor was onder meer dat de Japanse en Amerikaanse merken die er vertegenwoordigd zouden zijn, niet aanwezig konden zijn.
Van groot naar klein: overal prijsstijgingen
De inflatie heeft geen enkel deel van de industrie gespaard. Grote modeaanbieders als S.Oliver verhogen hun prijzen, maar dat geldt ook voor het duurzame label Má Hemp Wear, dat vrijetijdskleding van hennep maakt.
Het in Hamburg gevestigde label betrekt zijn stoffen uit China, wat leveringsproblemen en hogere kosten voor containervervoer en grondstoffen met zich meebrengt. Maar Má Hemp Wear heeft volgens oprichter Ulrik Schiötz de prijsstijging bij de Europese productievestigingen nog duidelijker gemerkt. Schiötz, die na de afgelasting van Neonyt spontaan naar de Fashn Rooms verhuisde, kon slechts een derde van zijn collectie presenteren en bracht daarom opnieuw de collectie SS22. Het Griekse label Mat Fashion, dat een assortiment vrijetijdskleding en feestkleding voor vrouwen in de maten 48 tot en met 58 voert, heeft zijn prijzen met 10 tot 15 procent verhoogd.
"Grondstoffen, energiekosten, lonen en zelfs vervoerskosten zijn sterk gestegen. Wij berekenen de gestegen prijzen deels door. Het is voor ons belangrijk dat wij kunnen blijven investeren, en daarvoor hebben wij een zekere marge nodig. We zullen niet bezuinigen op kwaliteit en service," zegt Rich & Royal.
‘A Fish named Fred’ moest eveneens zijn prijzen verhogen. De basisprijzen voor overhemden werden aangepast van 79,95 euro naar 89,95 euro. Toch heeft het Nederlandse mannenmerk zijn marges over het geheel genomen weten te handhaven, aldus eigenaar Rob Schalker.
Het in Rottendorf gevestigde merk S.Oliver heeft de productontwikkeling gecombineerd met prijsaanpassingen. In het herensegment bijvoorbeeld werd een T-shirt dat anderhalf jaar geleden nog een verkoopprijs van 9,99 euro had, vervangen door een van biologisch katoen, waardoor de verkoopprijs steeg naar 12,99 euro. De prestaties van het product waren zelfs beter dan voorheen, zegt verkoopdirecteur Daniel Schmidt. "We proberen over de gehele linie wel ons prijsniveau te behouden. Er zijn natuurlijk wat verschuivingen, zoals bij velen op de markt. Met bovenkleding bijvoorbeeld durven we ook bewust één stapje hoger te gaan en het prijsgamma uit te breiden zonder de bestaande te verlaten."
Outerwear nog steeds op koers
Ook andere leveranciers lijken die richting uit te gaan. Formele kleding komt langzaam terug, ook al moeten festivals en andere gelegenheden nog worden afgestoft, de consument ‘kleedt zich weer’. Blazers en jasjes zijn in trek bij ‘A fish named Fred’.
De Ahlers Group richt zich met zijn merken ook op formele kleding. Bij Pierre Cardin breekt het in Herford gevestigde kledingconcern met de klassieke regels in silhouetten, zodat de looks voor verschillende gelegenheden kunnen worden gebruikt. Opgestikte zakken op jasjes, cargo- broeken en een verscheidenheid aan ruiten bepalen het beeld. Bij Baldessarini wordt het formele thema ook weer belangrijker. "Bij ons premiummerk Baldessarini willen klanten graag experimenteren en alles wat niet basic is, het werkt geweldig", legt CEO Stella Ahlers uit. "Ook hier winnen meer uitgewerkte stukken weer aan belang, maar dan met vernieuwende materialen en nieuwe pasvormen. Het wordt weer wat gekleder."
Outerwear (mantels & jassen) staat ook zeer hoog op de agenda. Veel modemerken breiden hun aanbod uit en leggen zich ook toe op de sportieve sector. Zo is ‘A fish named Fred’ een samenwerking aangegaan met het wintersportlabel Sinner voor skihelmen en skibrillen.
S.Oliver ziet eveneens een duidelijke trend in outerwear, "die is in tijden niet zo extreem geweest. Dit geldt zowel voor de sportieve sector als voor wol. Er zijn veel materiaalmix-thema's die zeer goed worden ontvangen," zei Schmidt. Dit segment genereert momenteel een tweecijferige groei voor het merk.