• Home
  • Nieuws
  • Cultuur
  • Kleding uit graswortels en interactief textiel: een route door Dutch Design Week voor modeliefhebbers

Kleding uit graswortels en interactief textiel: een route door Dutch Design Week voor modeliefhebbers

Door Nora Veerman

bezig met laden...

Scroll down to read more

Cultuur

Dutch Design Week 2021, met op de achtergrond Microlab Hall. Beeld: Boudewijn Bollmann via Dutch Design Week

Van 22 tot en met 29 oktober staat Eindhoven in het teken van de Dutch Design Week. Meer dan 2600 ontwerpers en makers van allerlei slag presenteren dan hun werk, verspreid over 110 locaties door de stad. Daaruit stelde FashionUnited een route samen speciaal voor modeliefhebbers.

Plan-B

Een goed startpunt is Plan-B, ongeveer aan het uiterste westen van het DDW-terrein. Hier is onder meer het project ‘Wearable concrete’ van Sam de Vries Robbé te vinden. “Beton wordt vaak beschreven als bestendig, omdat het niet brandt, verroest of verrot. Maar het wordt nooit voor kleding gebruikt,” merkt De Vries Robbé op. De Vries Robbé experimenteerde met het maken van draagbaar beton dat geschikt is voor kleding. In Plan-B wordt ook een modefilm afgespeeld waarin de eerste collectie van het digitale modelabel Netizens wordt gepresenteerd.

Fashion Tech Farm

Anderhalve kilometer naar het noordoosten ligt de Fashion Tech Farm, waar meerdere innovatieve projecten op het gebied van mode zijn te zien. Hier tonen Pauline Vaandrager en Roxy van Kemenade bijvoorbeeld hun Phygital Data Dress, een jurk voorzien van sensoren die vingerafdrukken kunnen herkennen en een op data gebaseerde animatie die geactiveerd wordt wanneer de jurk door een bekende wordt aangeraakt. Krizia Medero laat er 3D-geprint bloemenkant zien, en er is een bibliotheek geïnstalleerd waar vernieuwende vormen van interactief textiel te bekijken zijn.

Aan de meer analoge kant van het spectrum bevinden zich een presentatie van Living Colour, het project van Ilfa Siebenhaar en Laura Luchtman, en de resultaten van een samenwerking tussen Echt Nep en Flaneren in Oma’s Kleren. Daarbij werd gedragen kleding gebruikt voor het maken van nieuwe, kleurrijke objecten met een verhaal.

3D-geprint kant van Krizia Medero. Beeld via Dutch Design Week

Evoluon

Ilse Kremer, oprichter van Fabulous Fungi, ontwikkelde een manier om textiel te verven met schimmels. Deze methode biedt een alternatief voor de synthetische en vaak schadelijke verfprocedures van nu. Hoe dat in zijn werk gaat, is te zien in Evoluon, op vijf minuten fietsen - of een kwartiertje lopen - van de Fashion Tech Farm.

Yksi Expo

Vijftien minuten wandelen naar het westen ligt Yksi Expo. Daar is een expositie samengesteld die vooral draait om materialen. Zo is er werk te zien van Lena Winterink, die onderzoek deed naar de herkomst van de modematerialen van vandaag. Ze maakte een jas van dertienhonderd waslabels uit kledingstukken, die informatie moeten bieden over de materialen waarvan de kleding gemaakt is - maar doen ze dat ook? Het Hollands Wol Collectief toont een installatie die de mogelijkheden van Nederlandse wol laat zien, een materiaal dat nu vaak geëxporteerd wordt maar net zo goed binnen de grenzen zou kunnen blijven. Zena Holloway laat kledingstukken groeien uit graswortels, en WINT Design Lab ontwikkelde een biologisch afbreekbaar performance-textiel door de kwaliteiten van koeiendarmweefsel te imiteren.

Klokgebouw

In hetzelfde gebied ligt het Klokgebouw. In Hal 1 presenteren Brightfiber en Loop.a.life de uitkomsten van anderhalf jaar onderzoek naar de ontwikkeling van garens en stoffen uit de afvalstromen in de regio Amsterdam. Daarbij gaat het niet alleen om het vormen van nieuwe materialen, maar ook nieuwe kleuren: welk palet komt er uit de textielafvalberg tevoorschijn?

In Hal 4 kunnen bezoekers elke dag tussen 13.00 en 15.00 tegen een vaste prijs een T-shirt op maat laten maken op basis van een 3D-scan van hun lichaam en dat binnen een paar dagen thuisgestuurd krijgen. Organisator Atalyé Amsterdam wil daarmee laten zien dat kleding op aanvraag laten maken met behulp van hedendaagse technologie niet alleen mogelijk is, maar ook snel, schaalbaar en betaalbaar.

Met bacteriën geverfd textiel van Living Colour. Beeld via Dutch Design Week

Microlab Hall

Aan de rand van het stadsdeel Strijp-S is Microlab Hall te vinden. Gewoonlijk is dat een samenwerkplek voor creatieve makers, maar tijdens DDW is het de locatie van de expositie New Crafts, georganiseerd door het ambachtenplatform Crafts Council Nederland. Afgelopen jaar bracht het Crafts Council ambachtelijke makers samen met digitale makers, met als resultaat een reeks hybride projecten. Op modegebied is er werk te zien van Flavia Bon en Anita Michaluszko, die laten zien hoe waardevol de samenkomst van digitale en fysieke maaktechnieken kan zijn. Daniël Maarleveld en Martine van ‘t Hul ontwikkelden een nieuw lettertype voor de borduurmachine die voor het personaliseren van kleding zou kunnen worden gebruikt.

Op dezelfde locatie zijn de resultaten te zien van het onderzoek van Christien Meindertsma naar de toepassingen van Rotterdamse wol, afkomstig van de schapen die daar het gras kort houden. Ook is er een expositie van het Zeeuws Museum in samenwerking met ontwerper Duran Lantink. Lantink onderzocht toekomstperspectieven voor streekdrachten door collages te maken van visueel materiaal uit het Zeeuws Museum en lokaal aangeschafte kledingstukken te deconstrueren en reconstrueren. Tot slot wordt hier het boek Nobu Baba Henk gepresenteerd, gebaseerd op drie films gemaakt door modeontwerper Lisa Konno en regisseur Sarah Blok.

Duran Lantink in samenwerking met het Zeeuws Museum. Beeld via Dutch Design Week

New Order of Fashion Lab

Om de hoek, aan de Torenallee, is het laboratorium van New Order of Fashion, een internationaal platform voor opkomend modetalent. Hier wordt werk getoond van recent afgestudeerde modemakers evenals materieel en artistiek onderzoek van de makers die zijn aangesloten bij het lab.

Voor wie het centrum nog in gaat: in The Student Hotel, dichtbij het station, is namens New Order of Fashion een borduuratelier ingericht waar bezoekers T-shirts kunnen laten borduren of deel kunnen nemen aan een van de workshops gegeven door Martine van ‘t Hul en Woo Jin Joo.

Housewest_

Helemaal aan de noordkant ligt Housewest_, in de voormalige arbeiderswijk Woensel West. Hier is de tentoonstelling ‘Sorry We’re Open’ te zien, met werk van veertien verschillende makers. De expositie omvat design, kunst en mode ‘geïnspireerd door het Nederlandse straatleven en de cultuur van de arbeidersklasse’, zo staat in de aankondiging geschreven. “Verwacht gedeconstrueerd plastic tuinmeubilair, een boel beton en gegalvaniseerd staal, afgetopt met een snufje losse moraal.”

Eindig de route hier, of vervolg hem bij een van de vele andere DDW-locaties met werk op het gebied van onder meer mode, architectuur, interieur, voedsel en gezondheid. Nog ongeveer honderd te gaan.

Dutch Design Week