Mode Stipendium-winnaar Mohamed Benchellal: “Ik leef mijn droom”
bezig met laden...
Een kleine anderhalf jaar wachten, maar nu mag het hoge woord eruit: Ontwerper Mohamed Benchellal is de volgende ontvanger van het Cultuurfonds Mode Stipendium. Benchellal sluit zich aan bij een mooie lijst van ontwerpers(collectieven) die de stimuleringsprijs eerder in ontvangst namen.
Benchellal staat bekend om zijn sculpturale werk, zijn couture-aanpak en zijn werk met deadstockmaterialen. Zijn ontwerpen zijn geliefd op de rode loper, maar ook koningin Máxima werd enkele jaren geleden op Prinsjesdag gezien in een van zijn creaties. Door de jury van het Mode Stipendium wordt de ontwerper geroemd om zijn ‘ode aan de sublimatie, schoonheid en poëzie waar couture traditioneel voor staat’. "Volledig op eigen kracht en met een onverstoorbare ambitie heeft deze ontwerper zichzelf in een decennium internationaal op de couture kaart gezet met grote namen en aanzienlijke accolades die zijn succes ondersteunen. Het Cultuurfonds Mode Stipendium acht het een uitgelezen moment om deze uitmuntende vaandeldrager van de Nederlandse contemporaine mode een financiële injectie te geven om de volgende stappen in zijn carrière kracht bij te zetten.”
Mohamed Benchellal wint twaalfde Cultuurfonds Mode Stipendium
De ontwerper weet al een tijd dat hij de ontvanger is van het Mode Stipendium, maar heeft dit even stil moeten houden - tot woensdagavond 29 november in het Rijksmuseum. “Ik was helemaal verbaasd,” zo vertelt Benchellal tijdens een telefoongesprek een week voor de uitreiking. “Ik wist natuurlijk dat de prijs bestond, maar ik zeg altijd dat het leven je nooit geeft wat je wil, maar wat je nodig hebt. Ik heb al veel mooie prijzen en onderscheidingen voor mijn werk mogen ontvangen in het buitenland. Ik vond het dan ook heel bijzonder om zo’n prijs te ontvangen in het land waar ik geboren en opgegroeid ben. Dat doet me heel veel.”
Benchellal geeft aan dat hij klein opereert, maar een groot bereik heeft. De ontwerper nam eerder al de Vogue Fashion Prize 2020 mee naar huis en is hij opgenomen in de Business of Fashion top 500. “Op de prijzen in het buitenland ben ik uiteraard heel trots, op verschillende fronten, maar het weegt natuurlijk extra zwaar als je werk opvalt en erkend, geëerd en gevierd wordt op de plek waar je vandaan komt. Dat is een andere waarde.” De prijs is een van de weinige modeprijzen in Nederland. “Er is bijna niks in Nederland wat de modeontwerper ondersteunt. In die zin is het wel het hoogst haalbare.”
Het Cultuurfonds Mode Stipendium is niet alleen een mooie eer om te ontvangen, aan de titel zit ook een geldprijs vast. Benchellal ontvangt dan ook 50.000 euro om zijn bedrijf mee te laten groeien en verder te zetten. Specifieke plannen heeft Benchellal niet. “Ik heb altijd gezegd dat geld voor mij meer een middel dan een doel is. Wat ik doe, hoe ik opereer, is nooit om meer verkoop te krijgen. Ik zet het geldbedrag dan ook in om me verder creatief te uiten.”
Benchellal over Mode Stipendium 2023: “Zet het in om me verder creatief te uiten”
De stijl van zijn werk is snel te herkennen. Hoe Benchellal zelf zijn handschrift omschrijft? “Ik denk dat het drie sleutelelementen heeft. Het spelen met volume is zeker een groot onderdeel, de proporties daarvan. Waar plaats je het volume? Het is ook sculpturale craft. Het is vrij, gedrapeerd en sculpturaal.” De ontwerper geeft ook aan dat het de essentie heeft van klassieke couture. “Het is heel vrouwelijk en ook empowering. Het is zeker voor iemand die echt in de schijnwerpers wil staan. Het is larger than life, maar ik denk dat alles wat ik doe een beetje larger than life is,” lacht Benchellal. Die aanpak - groots denken, dat schrijft de ontwerper toe aan zijn Marokkaanse achtergrond. “Dat krijg ik vanuit huis mee. Alles is vrij groot. Live life to the fullest.”
Toekomstplannen en dromen? Daar is hij dan weer nuchter over. “Ik kom er best wel achter dat ik mijn droom leef. Ik kan precies doen wat ik wil en mijn creativiteit helemaal vrij laten gaan. Zonder concessies te kunnen ontwerpen wat ik wil en dat elke dag voortzetten.” Hij geeft toe dat hij nooit echt terugkijkt naar zijn werk én eigenlijk ook nooit viert, maar toch heeft uitgekeken naar het grote moment in het Rijksmuseum. “Het is heel bijzonder om even stil te staan.”