Patricia Beurskens: de drijvende kracht achter Hunkemöllers designs en haar streven naar meer

Een vak beheersen komt met ervaring en een passie. Hunkemöllers Patricia Beurskens vinkt al die vakjes aan. De Director of Design van het gerenommeerde lingeriemerk groeide in haar vijftien jaar dienst helemaal mee met het merk en werkte met hart en ziel om hun vrouwelijke, zelfverzekerde merkidentiteit hoog te houden. Inmiddels is de vrolijke verschijning onmisbaar op het hoofdkantoor. FashionUnited vroeg haar naar haar visie op eigentijdse lingerie en haar persoonlijke journey als designer.

‘’Dit is het, dit is heerlijk, dit is wat ik wil’’

“Ik zit nu alweer vijftien jaar bij Hunkemöller”. Beurskens kan het zelf bijna niet geloven. Lingerie kwam eigenlijk per toeval op haar pad toen ze studeerde aan de kunstacademie in Arnhem. “Het was niet eerder in me opgekomen, maar ineens viel alles op zijn plek. Ik was altijd al vrouwenlichamen aan het schilderen en tekenen en bij kunstgeschiedenis leerde ik veel over lingerie. Het gebeurde allemaal heel onbewust en ineens realiseerde ik me: wauw, dit is het, dit is heerlijk, dit is wat ik wil. Dat gevoel is altijd gebleven.”

Ze studeerde af op het onderwerp, liep stage bij een high-end lingeriemerk en bleef daar nog even hangen, want het vak interesseerde haar mateloos: “het is heel specifiek en weinig mensen specialiseren zich in lingerie. In Arnhem heb ik echt een conceptuele richting gevolgd en dat is denk ik super interessant. Je hebt hele specifieke prestigieuze lingerieopleidingen, maar die zijn meer technisch. Dat is ook belangrijk, maar ik denk dat het vrije, conceptuele juist heel mooi is.” Hunkemöller vond dat ook en benaderde haar om als junior te starten. Na een kort uitstapje naar Bijenkorf keerde ze terug als senior, om nooit meer weg te gaan. “Ik ben iemand die meer wil. Daarom ben ik ook fashion gaan doen, maar juist daardoor kwam ik er weer achter: nee, mijn hart ligt echt bij lingerie.”

Creatief experimenteren én kritisch blijven

Op het moment dat Beurskens terugkwam bij Hunkemöller als senior designer, was Hunkemöller nog kleiner, rond de 300 winkels, en was er veel ruimte voor creatieve concepten. "Ik vond het supertof dat we met alles wat we deden zo de diepte in mochten gaan", zegt Beurskens enthousiast. Ondertussen leerde ze om kritisch te blijven en het sterke handschrift van Hunkemöller te beschermen in alle productgroepen, van luxueuze nightwear tot swimwear en sport collecties. En door al dat experimenteren kon ze steeds beter de vertaalslag maken van het hart van het merk naar authentiek design.

Dat betekent ook dat sommige trendgevoelige ontwerpen de prullenbak in moesten. “Er zijn in het verleden weleens dingen gedaan door ons die zo buiten ons DNA vielen, dat je zag dat het niet verkocht, omdat dat niet is wie we zijn. Onze lingerie heeft altijd een vrouwelijke touch en hoewel het fashion-driven is, willen we altijd die twist die empowerment uitstraalt.”

Dat stuk identiteit mag volgens Beurskens nooit ontbreken, ongeacht de grillen van de markt. “Bij mij thuis hebben we de mooie uitspraak: een kok die voor iedereen kookt, kookt voor niemand. Eigenlijk is het met ontwerpen net zo. Je moet weten wie je klant is en wat diegene wil. Natuurlijk zijn er tendensen, dus ik luister en lees heel veel, maar het gaat er altijd over welke elementen we écht willen oppakken. Sommige dingen horen niet bij ons. Dat laten we dan links liggen.”

Ontwerp voor iemand, niet voor iedereen

Mode gaat nu bijvoorbeeld veel over inclusie, maar produceren voor iedereen – in alle maten en kleuren, vraagt om een sterke strategische aanpak, vindt Beurskens. “Je kan wel zeggen: we doen alles voor iedereen, maar soms werkt dat gewoon niet, omdat je bijvoorbeeld technische restricties hebt.” Inclusie en diversiteit is volgens Beurskens bovendien een onderwerp waar je écht voor moet gaan vanuit je hart en met passie. “Je kunt het niet vandaag niet doen en morgen ineens helemaal wél. Dat is wat sommige grote merken probeerden en die zijn toen helemaal gekilled, want het is niet geloofwaardig. Dan ben je een tick-the-box aan het doen. Je moet zo'n verhaal langzaam opbouwen.”

Volgens Beurskens werkt het team heel close met materiaalleveranciers, zodat ze bijvoorbeeld eigen kantjes en borduursels kunnen ontwikkelen. Dat soort accenten maken het subtiele verschil tussen stijlen. Zo wordt Noir verfijnd, subtiel en premium ontworpen en afgewerkt en bij de Private collectie wordt gespeeld met het vrouwenlichaam: wat wil je laten zien en wat houd je geheim? Het vinden van duurzame alternatieven voor al die onderdelen is een vak apart.

Liever een trendsetter dan een trendvolger

Merkidentiteit gaat ook over kleurgebruik, iets dat bij lingerie heel nauw komt. “Niet alles werkt voor lingerie,” weet Beurskens, “dus daar maak je echt selecties op. Wij hebben een kleurspecialist in huis die daarom altijd meekijkt. Oranje kan wel de Color of the Year zijn, maar op een huid kan dat er totaal anders uitzien en daar moet je wel drie keer over nadenken." Multicolor is ook zo’n trend die net niet helemaal Hunkemöller is. “Dat is super vet, mega creatief en iets waar ik helemaal geïnspireerd door kan raken, maar past het bij wie wij zijn? Ik vind: als je aan alle trends mee doet, dan ben je een trendvolger en ik wil als brand heel graag de trendsetter zijn. We willen net even ietsje verder gaan en uitdagen. Dat kan ook, als je het maar op je eigen manier doet.”

En dat is uiteindelijk de X-factor waar het merk al bijna anderhalve eeuw op floreert. De legacy van Hunkemöller kun je zien en voelen, en dat neemt een snel bewegende modewereld niet zomaar van ze af. Beurskens. “We hebben al zoveel jaren met het vrouwenlijf mogen meebewegen. Ik denk niet dat er een mooier doel is, dan om daar met dedication mee door te gaan”