• Home
  • Nieuws
  • Mode
  • De Europese ‘Green Deal’ - Hoe zit het met upcycling?

De Europese ‘Green Deal’ - Hoe zit het met upcycling?

Door Pia Schulz

bezig met laden...

Scroll down to read more
Mode
Beeld: Unsplash by Henri Lajarrige Lombard

Klimaatneutraal worden in 2050 - dat is het verklaarde duurzaamheidsdoel, de 'European Green Deal', van de Europese Unie. Een onderdeel hiervan is de textielstrategie, die de EU-Commissie in maart 2022 heeft gepubliceerd. De focus ligt op twee centrale punten: Recycling en Eco-design. Wat echter niet wordt genoemd in de strategie is upcycling, hoewel deze methode aanzienlijk bijdraagt aan de circulaire economie door hergebruik van oud, reeds geproduceerd textiel. In dit artikel laat FashionUnited zien met welke obstakels de upcyclingsector te maken heeft en hoe ontwerpers de problemen aanpakken.

Met de textielstrategie stelt de Europese Commissie een plan op om de circulaire economie in de textielsector te bevorderen en de industrie in de toekomst meer circulair en duurzaam te maken. In het maandelijkse rapport 'Highlights on Economic Policy' over de textielstrategie van afgelopen september staat: "De textielsector [is] geïdentificeerd als een grondstofintensieve sector die gerichte maatregelen nodig heeft voor meer duurzaamheid en circulariteit". Een kernaspect hiervan is de milieu-impact van fast fashion. Met de textielstrategie moeten de problemen die worden veroorzaakt door de fabricage, productie en het dragen van fast fashion in de toekomst sterker worden aangepakt.

Uittreksel uit de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, maart 2022:

  • "Tegen 2030 zijn textielproducten op de EU-markt duurzaam en recycleerbaar, grotendeels gemaakt van gerecyclede vezels, bevatten ze geen gevaarlijke stoffen en zijn ze geproduceerd op een manier die de sociale rechten respecteert en het milieu beschermt. Consumenten kunnen de hoogwaardige en betaalbare textielproducten langer gebruiken, 'fast fashion' raakt uit de mode en economisch haalbare hergebruik- en reparatiediensten zijn op grote schaal beschikbaar. [...] Het circulaire textielecosysteem bloeit en heeft voldoende capaciteit voor innovatieve vezel-tot-vezelrecycling, terwijl de verbranding en het storten van textiel tot een minimum worden beperkt."

Op de rand van legaliteit

Upcycling-ontwerpster Sinah Schlemmer vestigt met haar campagne 'Don't Label Me' de aandacht op dit feit en een andere grote hindernis van de Europese Unie.

De ontwerpster uit Koblenz richtte in november haar label Amaran Studio op en gebruikt haar mode om aandacht te vragen voor politieke en sociale misstanden. Bij het ontwerpen van haar eerste collectie stuitte Schlemmer op een onverwachte horde: De textieletiketteringsverordening van 2011, die voorschrijft dat de afzonderlijke bestanddelen van textielproducten naar percentage moeten worden uitgesplitst en op het etiket moeten worden aangetoond.

§14, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1007/2011 van het Europees Parlement en de Raad.

  • "Textielproducten worden geëtiketteerd of gemerkt om hun vezelsamenstelling aan te geven wanneer zij op de markt worden aangeboden."

Het basisidee achter de verordening is transparantie en openheid naar de klanten toe over de oorsprong van het gebruikte textiel. Voor veel upcyclinglabels is etikettering in de praktijk echter niet haalbaar, zoals de wetgeving beoogt.

Aangezien geüpcyclede mode bestaat uit textielafval en stofresten, is het vaak niet mogelijk om de individuele componenten te onderscheiden. Veel gedoneerde oude kleding heeft geen labels meer, is gemaakt van gemengde stoffen en is ook beperkt in hoeveelheid. Daarom gedijt upcycling goed bij patchwork-looks die zijn samengesteld uit de kleinste restjes stof. Maar hoe kunnen ontwerpers textieletikettering op de juiste manier implementeren in de productie van hun ontwerpen als ze vaak materialen van onbekende herkomst en niet-identificeerbare stoffen gebruiken?

Label voor geüpcyclede kleding volgens de textieletiketteringsverordening. Afbeelding: Sinah Schlemmer

"Je kunt daar achteraf niet echt achter komen, tenzij je een lab hebt," vertelt Schlemmer in een interview met FashionUnited. Alleen met een laboratorium, zegt ze, kan ze de materialen uitsplitsen op de manier die de wetgeving vereist. In werkelijkheid werkt het allemaal veel pragmatischer - met een keukenweegschaal. De ontwerper sorteert het textiel van tevoren op stofsoort, weegt de afzonderlijke delen en weegt ze vervolgens als percentage van het totale gewicht. Als de gebruikte hoeveelheden te klein zijn of als ze niet zeker is van het soort materiaal, gebruikt ze de aanduiding "verschillende soorten vezels". Voor het labelen gebruikt ze een tijdrovende stempeltechniek die haar soms een half uur kost voor één label.

Deze aanpak levert twee problemen tegelijk op. Ze voelt zich beperkt in haar creativiteit door de regelgeving, zegt de ontwerpster. Want om aan de labelplicht te voldoen, gebruikt ze nu vooral oude kleding met labels en niet de materialen die ze vanuit haar creatieve proces zou gebruiken. Andere labels verwerken bewust alleen stoffen waarvan ze zeker zijn van de materiaalsamenstelling. Hierdoor blijft er veel ongebruikt textielafval over.

Het tweede probleem begeleidt haar ook elke dag in haar werk - de zorgen over controles en waarschuwingsbrieven: "We bewegen ons op de rand van de legaliteit. We lopen allemaal het risico op waarschuwingsbrieven," zegt Schlemmer.

Don’t label me

Met haar campagne wil Schlemmer "de aandacht van verantwoordelijke EU-politici op dit probleem vestigen en, in het kader van de herziening van de textieletiketteringsverordening, een wetswijziging bewerkstelligen die geüpcyclede kleding vrijstelt van de etiketteringsplicht", aldus de website van het merk. Het merk heeft al talrijke politici, NGO's en belangengroepen benaderd, maar tot nu toe zonder noemenswaardig succes.

In de bijlage bij de mededeling van de EU-Commissie worden de centrale maatregelen van de strategie opgesomd. Onder 'Verdere maatregelen voor duurzame productie en consumptie' worden de herziening van de etiketteringsverordening en het onderzoek naar de invoering van een digitaal etiket voor de periode 2023 genoemd. Het is dus nu tijd om actie te ondernemen voor verandering.

Sarah Schlemmer voor haar campagne 'Don't Label Me'. Foto: Sarah Schlemmer

Schlemmer roept de Europese Unie ook op om upcycling te promoten om de ontwikkeling van een circulaire textieleconomie te stimuleren: "Als je een circulaire textieleconomie wilt, dan moet je het upcyclers zeker makkelijker maken. Uw verplichte textieletikettering staat upcycling echt in de weg", aldus Schlemmer.

"Volgens het huidige werkprogramma van de Europese Commissie is een presentatie van het voorstel over de herziening van de textieletiketteringsverordening gepland voor december dit jaar," vertelt SPD-politica Delara Burkhardt in een schriftelijke verklaring aan FashionUnited. Het lid van het Europees Parlement is in haar fractie verantwoordelijk voor een duurzame textielstrategie. "Dit betekent dat een voltooiing van de herziening vrij onwaarschijnlijk is in deze zittingsperiode. De upcyclingsector biedt zeer veel en bijzonder creatieve oplossingen voor de circulaire economie en tegen textielafval. Daarom zal ik nauwlettend in de gaten houden hoe en of het toekomstige voorstel van de Commissie eruit zal zien en of deze aspecten voldoende zijn meegenomen door de Commissie. Als dit niet het geval is, zal ik amendementen voorstellen."

Upcycling en de circulaire economie

De relevantie van de upcyclingsector voor een circulaire economie wordt vooral duidelijk als we kijken naar de toenemende hoeveelheid textielafval. Alleen al in Europa wordt jaarlijks ongeveer 7,5 miljoen ton textielafval geproduceerd, ongeveer 15 kilo per hoofd van de bevolking. Dit was de conclusie van de studie 'Scaling up textile recycling in Europe - turning waste into value' van het managementadviesbureau McKinsey & Company. Volgens het Europees Parlement kopen Europeanen bijna 26 kilo textiel per jaar en gooien ze ongeveer elf kilo weg.

Foto: Mitumba Karume, Tanzania

Tonnen oude kleding worden geëxporteerd naar ontwikkelingslanden. De grootste hoeveelheid (87 procent) wordt echter verbrand of belandt op stortplaatsen, volgens het Europees Parlement. Vanaf januari 2025 komt er ook een nieuwe verplichte gescheiden inzameling van textielafval. Stoffen restjes die in het verleden waarschijnlijk bij het huishoudelijk afval terecht zouden zijn gekomen, zullen van daar naar de berg van oude kleding en gedoneerd textiel gaan.

De Ellen McArthur Foundation schat dat momenteel minder dan één procent van alle textiel wordt gerecycled. McKinsey & Company kwam tot een vergelijkbare conclusie. De onderzoekers ontdekten ook dat tegen 2023 een vijfde van het textielafval nieuwe kleding zou kunnen worden. Vezel-tot-vezel recycling kan dus bijdragen aan een goed functionerende circulaire economie in de toekomst. Maar het grote probleem is dat hiervoor investeringen van zes tot zeven miljard euro en technische upgrades nodig zijn.

Een toren van gebruikte kledingbalen. Foto: MOOT

Het opzetten van een circulaire textieleconomie tegen 2030 lijkt op dit moment niet realistisch onder de gegeven omstandigheden en zonder miljarden euro's aan investeringen. Upcycling, als een grondstofbesparende, ecologische en kosteneffectieve methode, krijgt momenteel weinig aandacht in de plannen van de EU-Commissie. Integendeel, bestaande wetten werpen obstakels op voor upcyclinglabels en bemoeilijken hun werk, dat een belangrijke bijdrage levert aan een circulaire economie.

Hoe moet de toekomst van upcycling er onder de gegeven omstandigheden uitzien? En hoe kan een circulaire textieleconomie slagen als methoden die daaraan bijdragen niet worden gestimuleerd? Dit zijn vragen waar de verantwoordelijke EU-politici tot nu toe geen antwoord op hebben.

Lees ook:
Rechtspraak: Wordt upcycling van kleding aan banden gelegd door intellectuele eigendomsrechten?

Dit artikel verscheen eerder op FashionUnited DE. Vertaling en bewerking naar het Nederlands door Caitlyn Terra.

Green Deal
Upcycling