Never out of stock: Hoe gebruiken modemerken en retailers het tijdens de pandemie?
bezig met laden...
Sinds het uitbreken van de pandemie kampt de mode-industrie met grote hoeveelheden onverkochte voorraad van vorige seizoenen als gevolg van winkelsluitingen. Tijdloze, nooit uitverkochte (never out of stock) collecties zouden een oplossing voor dit probleem kunnen zijn. Lange tijd werd dit beschouwd als een betrouwbaar concept voor de kledingindustrie. Maar zelfs deze gewilde stukken vullen nog steeds het magazijn samen met de andere onverkochte collecties... Wat is never out of stock (NOOS) precies en hoe gaat de mode-industrie er in de huidige situatie mee om?
NOOS is de afkorting voor ‘never out of stock’. De term uit de merchandise planning verwijst naar producten die op elk moment bij het merk kunnen worden besteld en dan onmiddellijk worden geleverd - met andere woorden, dat ze permanent in voorraad zijn. Retailers hebben dus minder, of helemaal geen, voororders voor NOOS-collecties. Het productrisico ligt dus uitsluitend bij de fabrikant. In de praktijk bepaalt elk modemerk de hoeveelheden en bestelperiodes van zijn NOOS-artikelen vaak anders en beslist ieder merk afzonderlijk hoe lang de goederen daadwerkelijk in het assortiment blijven
NOOS-artikelen zijn meestal tijdloze klassiekers, zoals een wit overhemd of een spijkerbroek, die relatief weinig vernieuwend zijn en waar altijd vraag naar is. Het verschil met seizoensartikelen is de langere verkoopperiode: NOOS-collecties zijn voor langere tijd een vast onderdeel van het assortiment. Vooral denimleveranciers als Mud Jeans of textieldiscounters als Kik hebben een breed NOOS-programma.
Normaal gesproken zijn deze items een veilige gok voor de mode-industrie, maar door de Covid-19 pandemie is ook in deze categorie de vraag sterk gedaald. Producten die in de winkel niet verkocht zijn, worden ook niet bij de fabrikant nabesteld. De magazijnen van merken met een hoog aantal NOOS, zoals Bugatti, Cecil en Street One, blijven dan ook propvol. "Ja, we hebben hoge voorraden NOOS, dat is ons risico. We hebben meer voorraad dan normaal en gaan dit verkopen via onze eigen verkooppunten," zei Jim Nowak, CEO van CBR Fashion Group in een interview met het Duitse tijdschrift Textilwirtschaft in maart.
Toch bieden tijdloze collecties voordelen ten opzichte van trendgerichte seizoensartikelen die relatief snel uit de mode raken. De producten van NOOS kunnen in theorie ook in de komende seizoenen nog worden verkocht. Herstructureringsexpert Sebastian Wilde adviseert retailers dan ook om hun assortimentsbeleid aan te passen: "Retailers moeten proberen het aandeel NOOS - never out of stock - dat wil zeggen producten die het hele jaar door te koop zijn, te vergroten om de afhankelijkheid van individuele collecties te verminderen", vertelde de partner van het adviesbureau Falkensteg in januari aan het Duitse zakenblad Wirtschaftswoche.
De meeste inkopers gaan sinds de uitbraak van de pandemie voorzichtiger te werk en richten zich meer op duurzaamheid dan op kortstondige trends. "Trendy, gericht op één seizoen en dan weg, dat doen we niet meer", zei André Myburgh, hoofdinkoper mode bij het in Zürich gevestigde warenhuis Jelmoli, in juni. Hij wil zich in de toekomst meer richten op value en never-out-of-stock. Peek & Cloppenburg volgt een soortgelijke aanpak: "De never out of stock items en basics zouden kunnen worden verhoogd - uiteindelijk hangt het ook af van wat de leveranciers bieden", zei Miriam Anlauf, inkoopdirecteur bij de Düsseldorfse moderetailer Peek & Cloppenburg, in een interview afgelopen juli.
Hoewel fabrikanten het afgelopen jaar de keerzijde van never-out-of-stock programma's hebben ervaren, wil schoenenfabrikant Lloyd blijven vertrouwen op het NOOS-concept. "Ook al heeft NOOS ons tijdens de crisis hard geraakt en doet het dat economisch gezien nog steeds, zijn we er zeker van dat deze categorie in de toekomst een voordeel voor ons zal worden," zei Lloyd CEO Andreas Schaller in een interview met Textilwirtschaft in juni vorig jaar.
Minder veranderingen van seizoen tot seizoen
Een andere manier om het probleem van overgebleven seizoensartikelen aan te pakken, is minder te veranderen binnen de collecties: minder innovatie en meer consistentie. Dit concept is al met succes toegepast op de sportkledingindustrie. De Italiaanse Oberalp Groep heeft bijvoorbeeld de pandemie aangegrepen om zijn collectie aan te passen aan de nieuwe overstocksituatie. Bij Salewa, een van de merken van de groep, heeft het percentage van de collectie dat hetzelfde blijft 75 procent bereikt. Het streefdoel is 80 procent, slechts 20 procent van de collectie zou van seizoen tot seizoen veranderen. "Onze klanten willen niet elk jaar een volledig nieuw product en ze willen vooral niet het gevoel hebben dat hun product eind december nog maar de helft waard is. Onze retailpartners hebben duidelijk aangegeven dat deze strategie een positief effect heeft op het waardebehoud, en dat onze merken daardoor gemiddeld een hogere brutowinst hebben kunnen realiseren", verklaart Stefan Rainer, Chief Sales Officer van de Oberalp Groep, in het interview.
Onderdeel worden van FashionUnited's B2B Marketplace? Inkopers en merken kunnen zich aanmelden via fashionunited.com/marketplace.
Dit artikel is eerder verschenen op FashionUnited.DE, vervolgens vertaald en bewerkt naar het Nederlands door Ilona Fonteijn.