Voor altijd een futurist: het werk van Pierre Cardin (1922-2020)
bezig met laden...
Pierre Cardin mocht de vernissage van zijn grote retrospectief in het Brooklyn Museum, op 20 juli 2019, nog net meemaken. Met zijn 97 jaren was hij niet aanwezig bij het openingsfeestje - dat was wellicht wat veel gevraagd - maar wel was hij nauw betrokken bij de ontwikkeling van de tentoonstelling. Negentien zalen telde deze, gevuld met kledingstukken, accessoires, meubels en andere designstukken van zijn hand, onmiskenbaar Cardin door de futuristische vormen en materialen.
Gisteren kwam de inmiddels 98-jarige Cardin te overlijden in een ziekenhuis in Neuilly, ten westen van Parijs. “Een dag van verdriet voor onze familie,” zo schreef de familie in een statement aan AFP. “De grote couturier laat een uniek artistiek erfgoed achter aan Frankrijk en de wereld.” Wie was Pierre Cardin, en wat maakte zijn werk zo bijzonder?
Een frisse wind in de haute couture
Pierre Cardin wordt in 1922 geboren in San Biagio di Callalta, een plaats in het noorden van Italië, nabij Venetië. Twee jaar later verhuist zijn familie naar Frankrijk. Als tiener gaat hij in de leer bij kleermakers in Saint-Etienne en Vichy, waar hij in de Tweede Wereldoorlog voor het Rode Kruis werkt.
Na de oorlog gaat hij in Parijs aan de slag bij het couturehuis Paquin en doet hij klussen voor Schiaparelli. Twee jaar later, in 1947, wordt hij bij Dior aangesteld als hoofd van het kleermakersatelier. Het modehuis telt dan nog zeven werknemers; in 1950 zullen dat er al achthonderd zijn. Cardin werkt samen met Christian Dior aan de bar jacket, een centraal onderdeel van de New Look, de stijl die Dior aan het einde van de jaren veertig wereldberoemd maakt.
In 1950 - hij is dan nog geen dertig - verlaat Cardin Dior om zijn eigen modehuis te starten. Zijn eigen ontwerpen sluiten op het oog aan bij de klassieke couturelook van de jaren vijftig: elegante, gestructureerde silhouetten met uitgesproken volumes, karakteristiek voor het werk van Dior, Givenchy en Balenciaga. De looks van Cardin zijn jong en eigenzinnig, met lage tailles die doen denken aan de flapper-mode van de jaren twintig, zachte lijnen en ronde vormen. In 1953 wordt Cardin toegelaten tot de Chambre Syndicale de la Haute Couture. De ballonvormige ‘bubble dress’ die hij het jaar daarop presenteert wordt een grote hit, evenals zijn creaties met geometrische vormen en uitsnijdingen.
Een commercieel avontuur
In 1959 wordt Cardin tijdelijk uit de Chambre Syndicale geschopt. Hij heeft dat jaar een ready-to-wearcollectie ontworpen voor het warenhuis Printemps, een commercieel uitstapje dat hem in het elitaire couture-milieu duur komt te staan. “Ready-to-wear is de enige manier om geld te verdienen,” zo verklaart hij in 1967 tegenover WWD. Als duidelijk wordt hoe lucratief ready-to-wear kan zijn - en hoe nuttig voor de couturehuizen, die kampen met teruglopende klantenaantallen - is Cardin weer welkom in de Chambre.
In de decennia daarop blijft Cardin de klassieke couturewereld uitdagen, zowel op esthetisch als zakelijk vlak. Zijn creaties worden gekenmerkt door een fascinatie met technologie, architectuur en ruimtevaart. In 1960 komt hij met een ready-to-wearcollectie voor mannen bestaande uit smalle, gestroomlijnde pakken, gedragen door massa-idolen als de Beatles en Gregory Peck. In hetzelfde decennium introduceert Cardin zijn Space Age-collecties, geïnspireerd door de ruimteprojecten van de NASA. De collecties bevatten tops, broeken en korte overgooiers met strakke lijnen en felle kleuren, gemaakt van onconventionele tech-materialen zoals PVC. Ook ontwikkelt Cardin een eigen stof, Cardine, die door middel van hitte vervormbaar is en dus uitermate geschikt voor Cardins driedimensionale vormexperimenten.
Het meest opmerkelijk zijn echter Cardins marketingtactieken. In 1959 brengt hij voor het eerst grote merktekens aan op de buitenkant van zijn ontwerpen, iets dat dan in de modewereld nog nauwelijks wordt gedaan. Cardin doet daarnaast actief aan licensing. Zijn naam en logo verschijnen niet alleen op kleding en accessoires, maar ook op tafels, vorken, stoelen, lampen, gordijnen, horloges, en zelfs vliegtuigen. Niet alleen voorwerpen, maar ook locaties dragen vanaf de jaren zeventig de naam van Cardin. In 1970 opent aan de Avenue Gabriel in Parijs de ‘Espace Pierre Cardin’, een theater, restaurant, bioscoop en expositieruimte in één. In 1981 koopt Cardin het Parijse restaurant Maxim’s, dat hij uitbouwt tot een keten.
“Ik eet van mijn eigen bord. Drink uit mijn eigen glazen. Was me met mijn eigen zeep. Draag mijn eigen parfum. Ik slaap in mijn eigen beddengoed. Ik heb mijn eigen voedselproducten. Ik kan in mijn eigen leunstoel zitten,” zo vertelt Cardin in een interview met WWD in 2008. “Ik ben waarschijnlijk de enige man in de wereld die dat kan zeggen.”
Cardin bleef tot aan zijn dood aan zijn imperium werken. Tegen Fantastic Man zei de ontwerper op 86-jarige leeftijd: "Ik ben veel te druk om te klagen en janken over kiespijn en pijnlijke voeten. Als ik onder de grond ga, doe ik dat staande. De verf mag dan afbladderen, mijn talent is nog intact." Niet voor niets prees zijn familie in het overlijdensbericht zijn ‘onophoudelijke energie’.
Het erfgoed van Cardin
Wie de vroege ontwerpen van Cardin veertig, vijftig jaar later tegenkomt in exposities zoals die in het Brooklyn Museum krijgt het gevoel een tijdreis te maken. Niet naar het verleden, maar naar de toekomst. De ontwerpen van Cardin ogen anno 2020 nog steeds ontegenzeggelijk modern, met gedurfde kleuren en vormen die de zwaartekracht lijken tegen te spreken. Cardin geldt niet voor niets als inspiratiebron voor hedendaagse ontwerpers, onder wie Simon Porte Jacquemus.
Cardins zakelijke vernieuwingen hebben de modewereld voorgoed veranderd. Het gebruik van logo’s en licenties maakt tot op de dag van vandaag van modebedrijven wereldspelers.
Hoe ziet de toekomst van het modehuis eruit? Het bedrijf wordt overgenomen door Cardins achterneef, Rodrigo Basilicati Cardin, zo meldt de familie in een statement aan WWD. Wie de artistieke directie op zich zal nemen, is nog niet duidelijk. Vorig jaar zei Cardin tegen AFP drie ontwerpers en stylisten op het oog te hebben om in de toekomst de lege plek in zijn atelier te vullen. Wie dat uiteindelijk zal doen, blijft voorlopig een verrassing.
Beeld: Jonathan Dorado, Brooklyn Museum