Winkelstraatdrukte 2019 onder de loep: passanten gedaald, maar bezoekers vaker kopers en verblijven langer
bezig met laden...
Het aantal passanten in de Nederlandse winkelstraten is in 2019 voor het tweede jaar op rij afgenomen met 1,7 procent. Daar staat tegenover dat bezoekers wel vaker iets kopen en dat ze langer in winkelgebieden verblijven. Steeds meer ziet Bureau RMC dat de naam ‘winkelgebied’ niet langer volstaat: de consument komt graag in een gebied waar verschillende functies samen komen, oftewel een plek waar veel te beleven is.
De CityTraffic-methode geeft onder andere inzicht in de bezoekersfrequentie en de verblijfstijd. De bezoekersfrequentie is een goede indicator om de aantrekkelijkheid van een winkelgebied te beoordelen. Over het algemeen geldt dat hoe vaker bezoekers terugkomen, hoe loyaler ze zijn aan een gebied. De verblijfstijd is eveneens een goede indicator om te kijken naar de aantrekkelijkheid: op aangename plekken blijven bezoekers langer. Steeds meer mensen zijn op zoek naar fijne plekken om zich te vermaken.
Kleine steden: meer bezoeken, kortere verblijfstijd
Uit de tellingen van Bureau RMC blijkt dat de vier grote steden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) samen een gemiddelde bezoekersfrequentie hebben van 1,6. Ook de middelgrote steden hebben een gemiddelde bezoekersfrequentie van 1,6. Dit betekent dat een bezoeker gemiddeld 1,6 keer per week een bezoek brengt aan het stadscentrum. De kleinere steden doen het aanzienlijk beter en hebben gemiddeld genomen een bezoekersfrequentie van 1,8. Het aanbod, de sfeer en concurrerende winkelgebieden in de buurt zijn belangrijke factoren die bij kunnen dragen aan een hogere bezoekersfrequentie en verblijfstijd.
Verder zien we dat bezoekers langer verblijven in de grote steden: 34 procent van de bezoekers blijft gemiddeld langer dan twee uur. Bij zowel de middelgrote en kleine steden verblijft maar 21 procent langer dan twee uur (zie figuur 1). Een bezoek aan de stad is al lang niet meer alleen voor winkelen. Steeds vaker wordt een bezoek aan de stad dan ook gecombineerd met andere activiteiten. Het winkelen wordt tussen de middag onderbroken om te genieten van een vers belegd broodje met een kopje koffie of men bezoekt een museum tussendoor. Daarnaast zien we dat steeds meer winkelgebieden evenementen organiseren om bezoekers te trekken. Al deze ontwikkelingen hebben het uiteindelijke doel om meer bezoekers te trekken en ze langer in het gebied te houden.
Één op de vier bezoekers in Rotterdam blijft langer dan drie uur
Het afgelopen jaar is in alle vier de grote steden de gemiddelde verblijfstijd gestegen. Gemiddeld verblijven bezoekers het langst in Rotterdam. Maar liefst 23 procent van de bezoekers in Rotterdam blijft langer dan drie uur. Kijken we naar de bezoekersfrequentie dan zien we dat Amsterdam de laagste bezoekersfrequentie heeft van de vier. De vele toeristen die de stad vaak maar tijdelijk bezoeken hebben een grote invloed op de gemiddelde bezoekersfrequentie.
Zoetermeer, Hengelo en Roosendaal hebben hoogste bezoekersfrequentie
De middelgrote steden zijn qua gemiddelde bezoekersfrequentie vergelijkbaar met de vier grootste steden en qua verblijfstijd vergelijkbaar met de kleinere steden. Positieve uitschieters qua bezoekersfrequentie zijn Zoetermeer, Hengelo en Roosendaal. Deze drie steden zijn er goed in geslaagd om bezoekers vaker terug te laten keren. De afwezigheid van andere winkelgebieden in de directe nabijheid zou een mogelijke verklaring kunnen zijn voor de hogere bezoekersfrequentie. Naast het gegeven dat bezoekers uit Zoetermeer, Hengelo en Roosendaal vaker een bezoek brengen aan het stadscentrum verblijven ze er procentueel gezien ook langer dan in de andere middelgrote steden.
Speel in op de wensen van de consument
Het is van belang de wensen van de consument goed te kennen en hier op een zo goed mogelijke manier op in te spelen. Het aanbod in combinatie met een aantrekkelijke omgeving zorgt er uiteindelijk voor dat bezoekers langer blijven en vaker terugkeren. Een belangrijke boodschap aan winkelgebieden is dan ook: weet wie je bent. Een kleinere stad heeft een ander bezoekdoel dan een grote stad. In kleinere steden komen bezoekers vaker, maar ze brengen er minder tijd door.
Dit artikel is geschreven door Rutger Koop consultant bij Bureau RMC. Al meer dan 30 jaar werkt RMC aan toekomstbestendige winkels en winkelgebieden. Met een verleden in retail en kennis van big data verbetert RMC de strategie van iedere winkel en elk winkelgebied. Met de CityTraffic- methode meet RMC 24/7 de drukte in meer dan 100 binnensteden in Nederland en België.
Gerelateerd uit het archief :
Beeld: Figuur 1, eigendom Bureau RMC.
Winkelstraat foto, credit FashionUnited.